Hannah Arendt
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Hannah Arendt (Linden bij Hannover, 14 oktober 1906 - New York City, 4 december 1975) was een Joods-Duits-Amerikaanse filosofe en politiek denkster die zich onder andere heeft verdiept in de vragen die samenhangen met totalitaire politieke systemen.
Inhoud |
[bewerk] Levensloop
Zoals bij meerdere originele denkers is het leven en het werk intens met elkaar verbonden; zo ook bij Hannah Arendt.
Hannah werd op 14 oktober 1906 geboren te Linden bij Hannover. Haar ouders, beiden joods, waren Paul Arendt en Martha Cohn. In 1910 verhuist de familie naar het Oost-Pruissische Königsberg, een oude hanzestad aan de Oostzee en de geboorteplaats van de grote filosoof Immanuel Kant. Haar vader en grootvader overlijden kort na elkaar in 1913. In 1914 vlucht het gezin naar Berlijn uit vrees voor de in aantocht zijnde Russische troepen; na een paar weken keren zij terug huiswaarts.
In 1924 startte ze haar studie filosofie en theologie in Berlijn. Ze vervolgde haar studie in Marburg bij Martin Heidegger. "De sofist" van Plato was het onderwerp van het werkcollege. Op 10 februari 1925 kreeg zij de eerste brief van Heidegger, de start van een liefdesrelatie die ongeveer een jaar duurde. In de herfst kennismaking met Hans Jonas. Hierop volgt een semester college in Freiburg bij Edmund Husserl, de grondlegger van de fenomenologie. Bij Karl Jaspers in Heidelberg schreef ze in 1929 haar proefschrift Der Liebesbegriff bei Augustin (Het begrip liefde bij Augustinus). In 1929 huwde zij met Günther Stern (pseudoniem: Günther Anders) uit Frankfurt am Main. Arendt krijgt een stipendium en begint met aan een biografie over Rahel Varnhagen. Zij heeft contact met de zionist Kurt Blumenfeld.
Als Joodse was ze actief in de Joods-Zionistische politiek en moest ze in 1933 noodgedwongen Duitsland verlaten na een arrestatie door de Gestapo en een 8-daags verblijf in de gevangenis. Ze vluchtte naar Parijs waar ze ontmoetingen heeft met Raymond Aron, Alexandre Koyré, Albert Camus en Jean-Paul Sartre. Zij volgt er colleges bij Kojève. In 1934: nacht van de lange messen in Duitsland. Start vriendschap met Walter Benjamin. In 1935 werkt zij tot 1938 voor Aliyah des Jeunes, een zionistische organisatie die kinderen van joodse vluchtelingen naar Palestina helpt uitwijken. Ze onderneemt haar eerste reis naar Palestina. In het voorjaar 1936 maakt zij kennis met Heinrich Blücher In 1937: officiële scheiding van Günther Stern. In 1940 huwt zij met Heinrich Blücher. Internering gedurende verschillende weken in Gurs, Zuid-Frankrijk. Na haar ontsnapping vindt ze per toeval haar man terug.
In 1941, toen de Duitsers Frankrijk al binnengevallen waren, vertrok ze naar New York. Arendt werkt mee aan het Duitstalige joodse weekblad "Aufbau", tot 1945. In Amerika zou ze tot de inzichten komen die haar bekendheid zouden geven. Ze was toen nog steeds bevriend met Jaspers. Tien jaar na haar aankomst in de VS verkreeg ze het Amerikaans staatsburgerschap. In 1944 werkt Arendt als commissielid van de Organisatie voor Europese Joodse Culturele Wederopbouw en in 1948 neemt zij de dagelijkse leiding op zich. In 1946 is Arendt lector bij de uitgeverij Salman Schocken in New York. Zij werkt onder aandere mee aan de uitgave van het dagboek van Franz Kafka.
In november 1949 keert zij voor het eerst na de oorlog terug naar Europa in het kader van haar werk voor de joodse culturele wederopbouw met een bezoek aan Karl en Gertrud Jaspers in Bazel. In 1950 bezoekt zij Heidegger in Freiburg na de opheffing van zijn doceerverbod. Verschijning van haar driedelig werk "The Origins of Totalitarianism" (1951) met bekendheid bij het ruime publiek. In hetzelfde jaar verwerven Arendt en Blücher het Amerikaans staatsburgerschap na 18 jaren statenloosheid. Start van haar academische carrière in de VS met lezingen in Princeton, Berkeley, Columbia, Harvard en Notre Dame University.
De jaren zestig waren roerige jaren op politiek gebied. In de VS was er de segregatiekwestie van de zwarte en blanke bevolking. Arendt publiceert een artikel naar aanleiding van het sturen van federale troepen door president Eisenhower naar Little Rock, Arkansas, na geweld op een "blank" lyceum dat geen zwarte kinderen wil toelaten. In 1958 verschijnt haar werk "Vita activa. De mens: bestaan en bestemming" en "Rachel Varnhagen. Lebensgeschichte einer deutschen Jüdin aus der Romantik". Het jaar daarop maakt zij meerdere studiereizen doorheen Europa en ontvangt de Lessing-prijs van de stad Hamburg. In 1961 verschijnt "Between Past and Future. Six exercises in Political Thought.
In Jeruzalem startte op 11 april 1961 het Eichmann-proces, dat Arendt als journaliste nauwgezet volgde. Eind december van dat jaar valt het vonnis. In 1963 komt "Eichmann in Jeruzalem" en twee jaar later "Over revolutie" uit. Ze wordt hoogleraar aan de University of Chicago tot 1968. Daarna hoogleraar aan de New School for Social Research, New York tot aan haar dood in 1975. In 1970 geeft zij dertien lezingen over de politieke filosofie van Immanuel Kant. Na het overlijden van haar man Heinrich Blücher in 1970 en haar vriend Jaspers, wijdde ze zich volledig aan de filosofie. Op 18 april 1975 ontvangt Arendt in Kopenhagen de Sonning-prijs voor haar bijdrage aan de Europese beschaving. Op 12 augustus brengt ze een laatste bezoek aan Heidegger in Freiburg. Op 4 december 1975 overleed Arendt onverwacht aan een beroerte in haar New Yorkse appartement.
[bewerk] Filosofische arbeid
[bewerk] Algemeen
Tegen de achtergrond van het nationaal-socialisme is Hannah Arendts filosofie vooral een denken van vrijheid in politieke zin, een denken dat echter nooit volledig academisch is. Het voortdurend samengaan van denken en oordelen vormt de rode draad in het werk van Hannah Arendt.
- Haar bekendste werk is in dit opzicht het boek The Origins of Totalitarianism uit 1951, waarin zij de historische (achter)gronden van de totalitaire staat analyseert. Hierin komen vrijheid van het individu, concentratiekampen en de verdwijning van het verschil tussen feit en fictie aan bod.
- In The Human Condition (1958) (Nederlandse vertaling: "Vita activa. De mens: bestaan en bestemming") staat de relatie tussen handelen en politiek centraal. Waar de mens voorheen meer belang hechtte aan arbeiden, werken en handelen, ziet Arendt in het licht van de totalitaire staat dat dat belang omgekeerd is en politiek de boventoon voert. Dit heeft enorme consequenties voor de vrijheid en het vrije denken van de mens.
- Between Past and Future uit 1961 is een bundeling essays waarin ze poogt een manier te schetsen dit vrije politieke denken te cultiveren. De gedachten in deze essays zal ze later uitwerken in The Life of the Mind (1978).
- De thema’s van denken en oordelen komen ook terug in Eichmann in Jerusalem: a Report on the Banality of Evil (1963). Ze bestudeert hier de processen van Eichmann, die de hoofdrol speelde in Hitlers Endlösungsprogramma. Het was, zo zegt Arendt, niet de aanwezigheid van kwade bedoelingen, maar de afwezigheid van kritisch denkvermogen en de kritiekloze opvolging van bevelen van hogerhand die ertoe hebben geleid dat zo veel Joden structureel vernietigd werden.
- In The Life of the Mind, dat in 1978 postuum verscheen, analyseert ze systematisch het probleem van denken en weten. Hierin gaat het Arendt vooral om waarde en betekenis. De waarde van het denken is dat het betekenis kan geven aan bepaalde acties, situaties en ervaringen.
Het politieke denken van Arendt is niet academisch of systematisch van aard. Het is dan ook moeilijk aan te geven wie en wat precies haar invloeden zijn. Wel kan globaal gezegd worden dat ze is beïnvloed door onder andere Heidegger, Nietzsche, Kant, Jaspers en Aristoteles. Ze verwijst geregeld en expliciet naar deze denkers in haar werken. Omdat ze zich niet beperkte tot louter de academische filosofiebeoefening, is evenmin aan te geven tot welke stroming ze behoort. Er zijn echter wel relaties te trekken met het werk van onder andere Jürgen Habermas, Michel Foucault en Benhabib.
[bewerk] Verschijning van het radicale Kwaad
Het bestaan van het absolute of radicale Kwaad openbaarde zich aan Arendt in het najaar 1943 toen haar de eerste berichten bereikten over het bestaan van een nieuw soort kampen in Midden-Europa. Einde zomer 1941 werd Eichmann door Heydrich gebrieft dat Hitler "de fysieke vernietiging van de joden had bevolen". Een formeel bevestigend protocol daartoe werd op 20 januari 1942 aan de Wannsee bij Berlijn opgesteld in het bijzijn van alle hoofdverantwoordelijken. Arendt, niet op de hoogte van alle details ervan, geloofde in 1943 duidelijk dat er zich iets ongeziens aan het voltrekken was. Vroegere concentratiekampen vb van Oranje Vrijstaat en Transvaal, opgericht door de Engelsen tijdens de Boerenoorlog (1899-1902), hadden een strategisch doel en pasten in een oorlogslogica.
Maar tijdens WOII ging het in stand houden van de Duitse kampen vaak ten koste van de eigenlijke oorlogsinspanning. Rijksminister Albert Speer vond trouwens dat hij de joodse gevangenen beter kon inzetten in de Duitse oorlogsindustrie dan ze om te brengen in kampen. Arendt verklaarde later dat er zich bij dat plotse inzicht een gapende afgrond opende voor haar voeten. Niet de schaal van de misdaden trof haar, eerder de gehanteerde methode: het kwaad bedreven omwille van haarzelf. De ontdekking van het Kwaad, gesymboliseerd in "Auschwitz" als een ambtelijk-technologisch voltrokken genocide, werd het centrale thema in Arendts denken. Andere filosofen zoals John Rawls en Karl Popper vertrokken ook van een anti-totalitaire reflex maar zagen Auschwitz niet als een cesuur waarna het leven alleen mogelijk is bij gratie van een radicaal nieuw begin.
[bewerk] Eichmann of de banaliteit van het Kwade
Hannah Arendt bereikte het grote publiek met haar boek over het proces tegen Adolf Eichmann. In Jeruzalem was tijdens dat proces niet een of ander gruwelijk monster te zien, maar een onbetekenend persoontje (Eichmann), dat niettemin in staat bleek geweest te zijn om vele miljoenen joden om te brengen. Zij stelde de vraag hoe een dergelijke tweederangspersoon tot zulke omvangrijke gruweldaden kon komen. In haar studie over dit proces laat ze zien, zoals ook Harry Mulisch dat al in zijn verslag van het proces Eichmann had aangegeven, dat het kwaad iets banaals, iets raadselachtigs heeft. De holocaust kon plaatsvinden omdat de nazi's het hele proces in stukjes hadden gebureaucratiseerd, waarbij niemand, behalve Hitler, verantwoordelijk was voor het geheel en ieder slechts voor een enkel klein onderdeel. Het kwaad (de jodenmoord) krijgt dan een banaal karakter; duizenden ijverige ambtenaren die op hun deelterrein hun taak al dan niet gewillig uitvoeren.
Het eindresultaat is echter wel de vernietiging van 6 miljoen mensen. Het kwaad is niet radicaal maar banaal, een optelsom van opgesplitste activiteiten. Haar theorie is door sommigen onderstreept. Anderen hebben haar theorie bestreden. Wel uit Arendt in haar boek stevige kritiek op het openbaar ministerie, dat steeds maar bezig was om te tonen dat Eichmann, in strijd met de feiten, een grote schurk was met zeer veel invloed in het Derde Rijk. Eichmann was echter niet een 'grote vis' zoals Hitler, Himmler en Heydrich dat wel waren. Eichmann was ten diepste maar een onbelangrijke maar niettemin gevaarlijke man, een willig instrument, zoals trouwens bijna het hele Duitse volk, in de ban van de echte nazi-bonzen. Deze visie op Eichmann heeft Arendt heel wat kritiek opgeleverd, vooral vanuit joodse kring. De in 2005 uitgebrachte biografie van Adolf Eichmann door David Cesarini met als titel: Eichmann. De definitieve biografie vraagt evenwel om correctie van Arendts visie.
[bewerk] Arendts opvatting over democratie
Arendt gruwde van het reduceren van democratie tot de macht van het getal of de "algemene wil van het volk". De heerschappij van het abstracte volk was voor haar een andere vorm van tirannie.
Voor Arendt moet een gemeenschap politiek zijn om als democratie te kunnen functioneren. Daarom ook ruimte bieden aan verscheidenheid, een stem geven aan eenieder, ook aan individuen en minderheden (meer aan de eersten dan aan de laatste want groepsdenken leidt makkelijk tot identificatie). Nochtans is algemene participatie aan het bestuur een mooi maar moeilijk te verwezenlijken ideaal. Arendt toonde zich een voorstander van "directe democratie", maar werkte geen theorie uit hoe dit concreet te realiseren valt. Arendt koesterde het idee dat burgers spontaan moesten opkomen voor hun mening en zichzelf dan moesten verkiezen, zoals de vroegere radenrepublieken.
[bewerk] Algemeen besluit
Hannah Arendt kon zich door haar levenslot niet beperken tot het eenzame denken van de wijsgeer. Evenmin wilde ze de geschiedenis reduceren tot een uiting van de wil. Bij haar ging het erom concrete situaties in de wereld te begrijpen en een aan de gang zijnde crisis te duiden. Arendts ideeën waren nooit populair, ze stonden steeds dwars op de tijdsgeest. Vooruitgang betekende voor Arendt een historicistische illusie, de sociale kwestie plaatste ze buiten de politiek en de derde wereld vond ze geen realiteit maar een ideologie. Ze bestreed de bevrijdingsbewegingen, het progessief feminisme en andere vormen van "slachtofferisme" en vreesde bij identificatie een beklemmende orthodoxie.
Politiek handelen kan volgens Arendt nooit gebaseerd worden op een strakke doctrine zoals socialisme, liberalisme of conservatisme, maar moet vertrekken van de menselijke pluraliteit, van de veelheid aan mogelijke gezichtspunten in een zaak. Politiek handelen is de moeilijke kunst van het oordelen (cfr Kant) rekening houdend met de menselijke diversiteit in een gegeven historische situatie (vergelijk Max Weber).
Arendts discours over Israël en de Verenigde Staten, over het kwaad in de wereld, over terrorisme en wereldvreemdheid, maar ook over de kracht van de democratie hebben niets aan actualiteit ingeboet. In "De ontdekking van de wereld" besluit Peter Venmans aldus: "Het gevaar voor inlijving van Arendts denkbeelden is niet veraf, maar haar werk is paradoxaal, weerbarstig en controversieel genoeg om allerlei actualiseringen te doorstaan."
[bewerk] Citaat
- «That such remoteness from reality and such thoughtlessness can wreak more havoc than all the evil instincts taken together which, perhaps, are inherent in man -- that was, in fact, the lesson one could learn in Jerusalem. But it was a lesson, neither an explanation of the phenomenon nor a theory about it.»
- Hannah Arendt, Eichmann in Jerusalem. A Report on the Banality of Evil, pag. 12
- «"Dat zo'n gebrek aan werkelijkheidszin en zulke gedachteloosheid meer onheil kunnen aanrichten dan alle boze driften die, wellicht, de mens eigen zijn tezamen -- dat was de les die men in Jeruzalem kon leren. Maar het was een les, geen verklaring van het fenomeen en evenmin een theorie erover."»
[bewerk] Belangrijkste werken
- 1951 - The Origins of Totalitarianism
- 1955 - Men in Dark Times
- 1958 - The Human Condition (Nederlandse vertaling: Vita Activa, Boom, Amsterdam, 1994)
- 1961 - Between Past and Future, Eight Exercises in Political Thought (Nederlandse vertaling: Tussen verleden en toekomst, Garant, Leuven, 1994)
- 1963 - Eichmann in Jerusalem: A Report on the Banality of Evil (Nederlandse vertaling: De banaliteit van het kwaad. Een reportage. Moussault, Asterdam, 1969)
- 1963 - On Revolution (Nederlandse vertaling: Over Revolutie, Atlas, Amsterdam, 2004)
- 1969 - Crises of the Republic
- 1969 - On violence (Nederlandse vertaling: Over geweld, Atlas, Amsterdam, 2004)
[bewerk] Postuum
- 1978 - The Life of the Mind (Nederlandse vertaling: Denken, De Arbeiderspers, Amsterdam, 1980)
- 1982 - Lectures on Kant's Political Philosophy (Nederlandse vertaling: Oordelen. Lezingen over Kants politieke filosofie, Krisis/Parrèsia, 1996)
[bewerk] Bibliografie
- David Cesarini, Eichmann. De definitieve biografie, Amsterdam/Antwerpen, Uitg. Anthos/Manteau, 2005.
- Martine Leibovici, Hannah Arendt, une Juive. Expérience, politique en histoire, Parijs, Desclée de Brouwer, 1998.
- W.B. Prins, Op de bres voor vrijheid en pluraliteit. Politiek in de post-metafysische revisie van Hannah Arendt, Amsterdam, VU Uitgeverij, 1990.
- Chris van der Hoek, Een bewuste paria. Hannah Arendt en de feministische filosofie, Amsterdam, Boom, 2000.
- Peter Venmans, De ontdekking van de wereld, over Hannah Arendt, 2005, Uitg. Atlas, Amsterdam/Antwerpen, ISBN 9045006588.
- Jacques Visscher, Hannah Arendt en de moderniteit, Kampen, Agora, 1992.
[bewerk] Externe links
- http://memory.loc.gov/ammem/arendthtml/arendthome.html
- http://users.telenet.be/michel.vanhalme/hermes241.htm
Artikel uit de Groene Amsterdammer over het denken van Arendt
Hannah Arendts leven en werk in the Internet Encyclopedia of Philosophy http://www.iep.utm.edu/a/arendt.htm