Kapelmeester
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Een kapelmeester is iemand die capabel is in het schrijven van muziek. Het is de vertaling van het Italiaanse maestro di capella of het Duitse Kapellmeister.
[bewerk] Algemeen
De kapel was het centrum van muzikale activiteiten tijdens de middeleeuwen. Het woord kapelmeester refereert dus naar iemand die muziek mag maken in een kapel.
Een kapelmeester was vaak in dienst voor de adel of voor een kerk. Het verkijgen van een benoeming tot kapelmeester was een grote eer voor componisten en onderstreepte nog eens de kwaliteit van de componist.
[bewerk] Betekenisverandering
De benaming kapelmeester heeft in de 19e eeuw een andere klank gekregen. Enerzijds was het in de Duitstalige landen een algemene term voor dirigenten, anderzijds werd het vooral de term waarmee men -soms denigrerend- de dirigenten van harmonie- en fanfareorkesten ging aanduiden. De Duitse benaming Kapellmeister is tegenwoordig wel in gebruik als een soort eretitel voor dirigenten die sober maar vakkundig en met grote praktische ervaring orkesten leiden. Het is min of meer het equivalent van de Engelse uitdrukking a musician's musician.
[bewerk] Kapelmeesters
Onder anderen volgende componisten mochten de titel kapelmeester voeren:
- Claudio Monteverdi (1567 - 1643) was kapelmeester aan de San Marco te Venetië.
- Michael Praetorius (1571 – 1621) was kapelmeester in Wolfenbüttel vanaf 1604.
- Samuel Scheidt (1587 – 1653) was kapelmeester voor de markgraven van Brandenburg.
- Heinrich Ignaz Biber (1644 – 1704) was kapelmeester in Salzburg vanaf 1684.
- Georg Muffat (1653 - 1704) was kapelmeester voor de bisschop van Passau van 1690 tot zijn dood.
- Agostino Steffani (1653 - 1728) was kapelmeester van 1688 tor 1698 aan het hof van Hannover.
- Johann Caspar Ferdinand Fischer (?? - 1746) was vanaf 1695 kapelmeester voor Lodewijk Willem van Baden.
- Johann Ludwig Bach (1677 - 1731), een tweede neef van J. S. Bach, was kapelmeester in Meiningen.
- Georg Philipp Telemann (1681 – 1767) diende als kapelmeester voor 16 jaren, beginnende in 1705 aan het hof van Erdmann II in Hamburg.
- Johann Sebastian Bach (1685 - 1750) was kapelmeester in Anhalt-Köthen (1717 - 1723).
- Johann Friedrich Fasch (1688 – 1758) was kapelmeester vanaf 1722 in Zerbst.
- Carlo Grua (ca. 1700 - 1773) was kapelmeester aan het hof van Mannheim onder Karel III Filips van de Palts.
- Carl Heinrich Graun (1704 - 1759) was sinds 1740 kapelmeester voor Frederik II van Pruisen
- Giuseppe Bonno (1711 – 1788) was kapelmeester voor de prins van Saksen-Hildburghausen in de jaren 1750 en 1760.
- Carl Philipp Emanuel Bach (1714 – 1788) werkte ook aan het hof van Frederik II, maar niet als kapelmeester. Hij werd later Telemanns opvolger als kapelmeester in Hamburg, beginnende in 1768.
- Christoph Willibald Gluck (1714 - 1787) was kapelmeester beginnende in 1754 voor Maria Theresia van Oostenrijk in Wenen.
- Niccolò Jommelli (1714 – 1774) diende Karel Eugenius van Württemberg in Stuttgart van 1753 tot 1768.
- Joseph Haydn (1732 - 1809) was kapelmeester van de vorsten Esterházy in Eisenstadt en Eszterháza (Fertöd) van 1761 tot 1790.
- Johann Georg Albrechtsberger (1736 - 1809) was kapelmeester aan de Stephansdom in Wenen.
- Michael Haydn (1737 – 1806) was kapelmeester te Großwardein en, beginnende in 1762, in Salzburg.
- Carl Ditters von Dittersdorf (1739 – 1799) was kapelmeester voor de prinsbisschop van Breslau van 1770 tot 1795.
- Andrea Luchesi (1741 - 1801) was kapelmeester aan het hof van Bonn van 1774 tot 1794.
- Joseph Martin Kraus (1756 - 1792) was kapelmeester aan het hof van Gustaf III van Zweden in Stockholm van 1781 tot 1792.
- Johann Nepomuk Hummel (1778 – 1837) was Joseph Haydns opvolger als kapelmeester, beginnende in 1804, aan het hof van de familie Esterházy. Hij behield zijn post zeven jaar voordat hij werd ontslagen wegens het weigeren van diensten.