Gregorius de Verlichter
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Gregorius de Verlichter (239-325) (in het Armeens: Գրիգոր Լուսաւորիչ ; Grigor Loesavoritsj, in het Grieks: Γρηγόριος Φωστήρ; Gregorios Foster) was een Armeense heilige, de stichter en de patroonheilige van de Armeens-apostolische Kerk, geboren omstreeks 257. Gregorius was in belangrijke mate verantwoordelijk voor de kerstening van Armenië.
Inhoud |
[bewerk] Beginjaren
Sint-Gregorius, wiens geboortenaam Suren was, was de zoon van Prins Anag. Deze had rond 240 na Christus de opdracht gekregen om Koning Khosrov van Armenië te vermoorden. Met hulp van zijn broer slaagde hij daarin. De broers werden daarop door het Armeense leger gedood, tezamen met hun families. Slechts twee kinderen overleefden de slachtpartij: Gregorius en zijn broer. Hun christelijke verzorgster Sophia nam de jongens mee naar Caesaria (nu Kaysari) in Cappadocië. Daar werd Gregorius gedoopt en als christen opgevoed. Er wordt gezegd dat Sint-Firmilian, de geleerde bisschop van Caesarea, speciale aandacht had besteed aan het onderwijs van Gregorius.
Toen Gregorius oud genoeg werd, trouwde hij met een christelijk meisje genaamd Mariam, dochter van David, uit een belangrijke adellijke familie van Armenia Minor. De broer van Mariam was Sint-Athenogenes, prelaat van Bedochton, die later martelaar werd en bekend is geworden door de werken van vroege christenen. Drie jaar na de geboorte van Aristakes scheidde het paar vrijwillig.
[bewerk] Trdat en Gregorius
In 287 vertrok hij naar Groter Armenië en begon aan zijn prediking. Er waren in zijn tijd al her en der christelijke gemeentes dankzij de apostelen Thaddeus en Bartholomeus maar het geloof was ondergronds. Koning Trdat III, de zoon van de vermoorde Koning Khosrov, was een trouw bondgenoot van de Romeinse keizer en in het Romeinse rijk werd het christendom vervolgd.
De koning nam dan ook Gregorius gevangen en gooide hem in een put, waar nu het klooster Khor Virap staat.
Omdat hij op de hoogte was van de toedracht van de moord op Koning Khosrov nam Gregorius een andere naam aan. Tussen 274 en 276 werkte hij als secretaris voor Koning Trdat. Toen Gregorius weigerde mee te doen aan de verering van de godin Anahit, werd hij gevangengenomen. Hij werd door Trdat ondervraagd en Gregorius bekende dat hij christen was. Daarop werd Gregorius gemarteld, maar hij volhardde in zijn geloof. Trdat gaf uiteindelijk het bevel om hem in Khor Virab (Armeens voor "diepe put") te gooien. Op deze put is later een kerk en klooster gebouwd en is een pelgrimsoord ontstaan. Het ligt nu aan de grens met Turkije in Armenië.
[bewerk] Trdat aanvaardt het christendom
Dertien jaar werd hij in die put gevangen gehouden. Gregorius overleefde deze marteling dankzij een vrouw die hem brood en water gaf. Trdat werd zwaar ziek. Zijn zus Khosrovandukht overtuigde hem ervan dat Gregorius hem kon genezen. Gregorius werd uit de put gehaald en genas de koning door Jezus Christus te verzoeken om Trdat te genezen. Trdat bekeerde zich, riep Armenië uit tot een christelijke staat en Gregorius begon met de kerstening van het volk.
In latere jaren deed Gregorius veel voor de organisatie van de Armeense Kerk en voor de zending onder de buurvolken in Iberia en Albania (landstreken van de toenmalige Kaukasus). Hij droeg de leiding van de kerk over op zijn zoon Aristakes en trok zich in zijn laatste jaren terug in een klooster.
Bij zijn verering raakte men ervan overtuigd dat Gregorius de genade der apostelen had gekregen, omdat hij niet ver van het graf van de apostel Thaddeus, de eerste verlichter van Armenië, verwekt was.
[bewerk] Zie ook
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden in de categorie Gregorius de Verlichter van Wikimedia Commons. |