Cerdanya
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Cerdanya (Catalaans: Cerdanya; Frans: Cerdagne; Spaans: Cerdaña) is een streek in de oostelijke Pyreneeën, verdeeld tussen Frankrijk en Spanje. Historisch gezien was het één van de Catalaanse graafschappen.
Cerdanya heeft een oppervlakte van 1.086,07 km², 50.3% ervan is Spaans, 49.7% Frans grondgebied. In 2001 had Cerdanya een bevolking van ca. 26.500 inwoners (53.4% op Spaans, 46.6% op Frans grondgebied), hetgeen een bevolkingsdichtheid van 24 inwoners per km², een van de laagste dichtheden in West-Europa. Het enige verstedelijkte gebied in Cerdanya is de grensstreek van Puigcerdà (Spanje)-Bourg-Madame (Frankrijk): 10.900 inwoners in 2001 (41% van de gehele bevolking van Cerdanya).
Inhoud |
[bewerk] Oudheid
De eerste inwoners van Cerdanya spraken waarschijnlijk een taal die verwant was aan het Oud-Baskisch en het Aquitaans: veel plaatsnamen verwijzen daarnaar. In de eerste eeuw voor Christus kwamen de Iberiërs vanuit het zuiden. In Cerdanya vermengden zij zich met de inheemse inwoners; de afstammelingen werden het volk der "Kerretten" genoemd, naar het inheemse woord "ker" of "kar", hetgeen "rots" betekent, verwant aan het Oud-Baskische "karri" (in het huidige Baskisch: "harri"), "steen". De Kerretten waren vermoedelijk voornamelijk van Baskische en Aquitaanse komaf, want de Iberische stammen die zich met hen vermengden waren maar klein in aantal. De Kerretten behielden een taal verwant aan het Oud-Baskisch en Aquitaans, hoewel sommige Iberische woorden in de taal doorgedrongen zullen zijn. Ook is het waarschijnlijk dat enkele Iberiërs topposities in de Kerrettaanse samenleving hebben ingenomen.
De voornamste oppidum van Kerretten, van waaruit de gehele streek overheerst werd, was genaamd "Kere" en was gebouwd op de heuvel boven het hedendaagse dorp Llivia (een Spaanse exclave op Frans grondgebied). Later kwamen de Kerretten onder Romeinse heerschappij, en werd de Latijnse naam "Julia Libyca"; een aanzienlijk aantal Romeinse burgers vestigden er zich. Tijdens het Romeinse Rijk was de streek een "pagus" (gouw), de "Pagus Liviensis" (afgeleid van de naam van de hoofdstad Julia Libyca), deel van de provincie Hispania Tarraconensis. De "Pagus Liviensis" werd zelf verdeeld in een oostelijk deel rond Julia Libyca, "Cerretania Julia", en een westelijk deel, "Cerretania Augusta". De naam "Cerdanya" stamt aldus af van "Cerretania", wat weer afgeleid is van de naam van het er wonende volk, de Kerretten. "Julia Libyca" werd later "Julia Livia" en dan in het Catalaans "Llívia".
De Kerretten schijnen hun taal vrij lang aangehouden te hebben, waarschijnlijk tot in de 8e of 9e eeuw. De romanisering in de streek gebeurde er langzaam maar definitief: het resultaat is het Catalaans, een van het Latijn afgeleide taal. In de laatste jaren van het Romeinse Rijk verviel Julia Libyca tot decadentie en verloor sterk aan belang. Rond die tijd werd de stad La Seu d'Urgell (in Catalonië, maar buiten Cerdanya) het bevolkingszwaartepunt in deze streek in Noord-Catalonië. In de 6e eeuw werd het bisdom Urgell gesticht, met Cerdanya binnen de grenzen.
Op doortocht verwoestten de Vandalen en andere Germaanse stammen het gebied. Cerdanya werd deel van het Visigotische koninkrijk van Toulouse en later van Toledo, totdat het werd veroverd door de Arabieren, die zich er echter niet vestigden. Aan het eind van de 8e eeuw versloegen de Franken de Arabieren en veroverden Catalonië.
[bewerk] Alta Cerdanya
De historische Comarque, ook wel graafschap, ontstond als één van de door Karel de Grote gestichte Spaanse grensmarken. In de 9e eeuw was Cerdanya een van de heerlijkheden die vielen onder de Graven van Barcelona, die ook graaf waren van Gerona, Narbonne en Alt Urgell. Graaf Wilfred de Harige (870-897) had drie zonen en benoemde zijn jongste, Miron († 927), tot Graaf van Cerdanya.
Het graafschap Cerdanya grensde aan de graafschappen Urgell, Barcelona, Besalú, Roussillon en Razès. Het graafschap Cerdanya bestond uit Cerdanya waar later door vererving Capcir en Conflent bijkwamen. Het werd daardoor een belangrijk graafschap. De graven van Cerdanya waren tevens patroonheren van verscheidene abdijen, waaronder die van Saint-Michel de Cuxa (Catalaans: "Sant Miquel de Cuixà"), daterend uit de 10e eeuw, in Codalet (Frankrijk), en van Saint-Martin-du-Canigou in Casteil (Frankrijk), opgedragen aan graaf Wilfred van Cerdanya in 1009.
Het geslacht van de graven stierf uit in 1117 en het graafschap werd geërfd door de graven van Barcelona die later de koningen van Aragón werden.
[bewerk] Huidige deling
Cerdanya werd tussen Spanje en Frankrijk gedeeld als gevolg van de Vrede van de Pyreneeën (1659), het noorden (incl. Capcir en Conflent) Frans, het zuiden Spaans.
Tegenwoordig is het Spaanse deel de Catalaanse Comarque Baixa Cerdanya ("Laag-Cerdanya"), met als hoofdstad Puigcerdà. Puigcerdà was al hoofdstad van Cerdanya voor de deling in 1659: het verving Hix in 1178 als hoofdstad van Cerdanya. Hix, de plaats waar de graven zetelden, is nu een gehucht in de de Franse gemeente Bourg-Madame. Hix verving weer Llivia, de hoofdstad in de Oudheid. De Vrede van de Pyreneeën werd in 1660 geprecizeerd met de Vrede van Llívia: Llivia zou Spaans blijven. In het verdrag van 1659 was bepaald dat dorpen Frans grondgebied zouden worden. Llívia was echter een stad met stadsrechten, dankzij de voormalige status van hoofdstad. Llívia is nu een Spaanse exclave op Frans grondgebied.
De Franse kant van Cerdanya is deel van het Franse departement Pyrénées-Orientales en heeft geen bijzondere bestuursstatus. In Frankrijk noemt men het Cerdagne française ("Frans Cerdanya"), of gewoon "Cerdagne", in Catalonië heet het "Alta Cerdanya" ("Hoog-Cerdanya" or "Opper-Cerdanya"). De belangrijkste platsen zijn Bourg-Madame en het ski-resort Font-Romeu-Odeillo-Via.
[bewerk] Toerisme
Net als de andere streken in de Pyreneeën draait de economie van Cerdanya op toerisme. Kuuroorden, skiën, bergwandelen zijn bekende bezigheden. Ook de Gele trein van Villefranche-de-Conflent naar Latour-de-Carol is een bekende attractie die op het hoogstgelegen station van Frankrijk te Bolquère stopt, op 1593 meter boven de zeespiegel.
[bewerk] Gemeenten en plaatsen
[bewerk] Spaanse zijde
Comarca "Baixa Cerdanya".
- Alpicat
- Bellver de Cerdanya
- Bolvir
- Das
- Fontanals de Cerdanya
- Ger
- Guils de Cerdanyà
- Isòvol
- Lles de Cerdanya
- Llívia
- Meranges
- Montellà i Martinet
- Prats i Sansor
- Prullans
- Puigcerdà
- Riu de Pendís
- Urús
[bewerk] Franse kant
"Cerdagne française" (Catalaans: "Alta Cerdanya").
- Angoustrine-Villeneuve-des-Escaldes (Catalaans: Angostrina)
- Bolquère (Catalaans: Bolquera)
- Bourg-Madame (Catalaans: La Guingueta d’Ix)
- Casteil
- Codalet
- Corneilla-de-Conflent
- Dorres
- Égat (Catalaans Èguet)
- Enveitg (Catalaans Enveig)
- Err (Catalaans Er)
- Estavar
- Eyne (Catalaans Eina)
- Font-Romeu-Odeillo-Via (Catalaans Font-Romeu or Odelló i Vià)
- La Cabanasse (Catalaans La Cabanassa)
- Latour-de-Carol (Catalaans La Tor de Querol)
- Llo
- Mont-Louis (Catalaans Montlluís)
- Nahuja (Catalaans Naüja)
- Osséja (Catalaans Osseja)
- Palau-de-Cerdagne (Catalaans Palau de Cerdanya)
- Planès (Catalaans Planès)
- Porta
- Porté-Puymorens (Catalaans Portè)
- Saillagouse (Catalaans Sallagosa)
- Saint-Pierre-dels-Forcats (Catalaans Sant Pere dels Forcats)
- Sainte-Léocadie (Catalaans Santa Llocaia)
- Targassonne (Catalaans Targasona)
- Ur
- Valcebollère (Catalaans: Vallsabollera)
- Villefranche-de-Conflent