Humphry Davy
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Sir Humphry Davy (Penzance (Cornwall), 17 december 1778 – Genève (Zwitserland), 29 mei 1829) was een Brits chemicus.
Humphry Davy werd geboren in Penzance in Cornwall (Engeland).
Davy werd bekend door zijn ervaringen met de fysiologische gevolgen van sommige gassen, waaronder lachgas (stikstofoxide N2O). In 1801 werd hij genomineerd als professor aan het Royal Institution van het Verenigd Koninkrijk en lid van de Royal Society waar hij later president van zou zijn.
In 1800 introduceerde Alessandro Volta de eerste elektrische batterij. Davy gebruikte deze om zouten in hun elementen te scheiden door middel van wat nu bekend staat als elektrolyse. Met een groot aantal batterijen in serie geschakeld was hij in 1807 staat om de alkalimetalen kalium en natrium vrij te maken. Het jaar daarop volgden calcium, strontium, barium, en magnesium. Ook liet hij zien dat zuurstof niet verkregen kon worden uit de substantie die bekend stond als 'oxymuriatic acid' en toonde aan dat het om het element chloor ging. Davy bestudeerde ook de energie die benodigd was voor het vrijmaken van elementen uit deze zouten, iets dat nu bekend staat onder de naam elektrochemie.
In 1805 kreeg Davy de Copley Medal. In 1812 werd hij geridderd. Hij gaf een afscheidslezing aan het Royal Institution en trouwde een welgestelde weduwe. Na een lange vakantie in Europa ontwikkelde hij nog de Davylamp die gebruikt werd door mijnwerkers. Ergens na 1818 voltooide hij nog de eerste isolatie van lithium tijdens de elektrolyse van lithiumoxide.
Davy overleed op 50-jarige leeftijd in Genève (Zwitserland) door een aantal giftige stoffen in te ademen. Zijn laboratoriumassistent Michael Faraday ging verder met het verbeteren van zijn werk en werd uiteindelijk bekender en invloedrijker dan Davy zelf.