Hoessein van Jordanië
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
1935-1999 | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Koning van Jordanië | ||||||
|
||||||
|
Hoessein bin Talal (Arabisch: حسين بن طلال Ḥusayn bin Ṭalāl); (Amman, 14 november 1935 - aldaar, 7 februari 1999) was van 1952 tot 1999 koning van Jordanië.
Inhoud |
[bewerk] Jaren als prins
Nadat Hussein zijn 3 jaar Junior High in Jordanië had afgerond vertrok hij naar het Victoria College in Alexandrië en Harrow School in Engeland. Hierna maakte hij zijn opleiding af aan de Koninklijke Militaire Academie Sandhurst in Engeland.
Toen hij op 20 juli 1951 met zijn grootvader Koning Abdullah I van Jordanië Jeruzalem bezocht en de Al-Aqsamoskee betraden voor het vrijdaggebed werd er op de trappen van de moskee in opdracht van Kolonel Abdullah Tell, militaire ex-gouverneur van Jeruzalem en Dr. Musa Abdullah Husseini een aanslag op ze gepleegd door Mustapha Shukri Usho. De Koning kwam hierbij om het leven maar Hussein raakte wonderwel slechts lichtgewond doordat een kogel afketste op een medaillon dat hij op aandringen van zijn grootvader op zijn borst had gespeld.
[bewerk] Troonopvolging
Na de dood van koning Abdulla I werd diens oudste zoon Talal gekroond tot koning. Talal leed echter aan schizofrenie en moest op 11 augustus 1952 gedwongen aftreden. Hij werd toen opgevolgd door zijn oudste zoon Hoessein. Doordat Hoessein nog maar 16 was werd hij formeel uitgeroepen tot koning, maar pas op 2 mei 1953 werd hij officieel gekroond.
In 1951 werd er onder Koning Talal een liberale grondwet ingevoerd die van Jordanië een constitutionele monarchie maakte. Na een staatsgreep in 1957 ontbond Koning Hoessein het parlement echter waarna hij tot 1992 praktisch als alleenheerser regeerde. Vanaf 1992 werden politieke partijen weer toegestaan en in 1993 waren er voor het eerst sinds 1956 weer verkiezingen met meerdere politieke partijen.
[bewerk] Zwarte September
Aan de ene kant werd Jordanië onder andere in de jaren 70 gezien als een pro-westerse staat in het Midden Oosten, aan de andere kant werd deze tijd ook gemarkeerd door de gebeurtenissen van Zwarte September. Op 1 september 1970 vonden er verschillende mislukte moordaanslagen plaats op de koning. Het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina kaapte op 6 september drie vliegtuigen, op 9 september nog een en hield de passagiers gegijzeld. Volgens het Volksfront deden ze dit om de Amerikanen een lesje te leren wegens hun jarenlange steun aan Israël. Nadat op 12 september de passagiers waren vrijgelaten werden de vliegtuigen ten overstaan van de internationale pers opgeblazen. Dit tot grote woede van Hussein. Op 16 september kondigt hij een staat van beleg af en in de dagen vallen tanks de hoofdkwartieren van de Palestijnse organisaties in Amman aan. Ook in Irbid, Salt, Sweileh en Zarqa worden kampen aangevallen waarbij geen onderscheid wordt gemaakt tussen burgers en strijders.
Op 18 september probeerde Syrië, via de PLA, een organisatie met nauwe banden met de Syrische overheid, in het conflict in te grijpen. Een groep van de PLA ter grootte van een divisie, uitgerust met tanks reed Jordanië binnen om de Palestijnen te ontzetten. Amerikaanse hulp werd ingeroepen om de Syrische aanval te keren. Op verzoek van de Amerikanen werd door de Israëlische luchtmacht een aantal overflights uitgevoerd boven de tankcolonne van de PLA. Deze keerde daarop terug naar Syrië.
Het conflict leidde tot tienduizenden slachtoffers waarbij aan beide zijden bewust ook burgers getroffen werden. Hussein werd hierop door velen bekritiseerd. Anderen beweerden echter dat er geen andere mogelijkheden meer waren. Husseins vierde echtgenote Koningin Noor schreef later in haar boek Leap of Faithdat haar latere man niet anders kon, ook al was hij tegen geweld. Door de bombardementen van de Palestijnen, die ook gene burgers ontzagen, zag Hussein zich genoodzaakt hard in te grijpen. Er waren ook mensen die beweerden dat Hussein deze bloedbaden aanrichten omdat de Palestijnse bevolking in Jordanië zijn gezag ondermijnde.
[bewerk] Tweede Golfoorlog
Begin jaren 90 daagde Hussein het Westen uit door in de Golfoorlog niet met hen mee te vechten tegen Sadam Hussein. Hierdoor vervreemde het koninkrijk ook van het grootste deel van de Arabische wereld. Naar verluidt weigerde hij omdat na de opkomst van Ma'an in 1988 deze de monarchie bedreigde.
[bewerk] Vredesverdrag met Israël en dood Rabin
In 1994 beëindigde Hussein de onderhandelingen met Israël (die hij in het geheim in de jaren 70 was gestart) wat resulteerde in het Israëlisch-Jordaans vredesverdrag en het formele einde van de oorlog met Israël betekende. Dit verdrag werd op 25 juli 1994 ondertekend in Washington DC.
De koning heeft in totaal drie boeken geschreven:
- Uneasy Lies the Head (1962) over zijn jeugd en het begin van zijn regeerperiode.
- My War with Israel (1969)
- Mon Métier de Roi
Na het vredesverdrag bouwde hij een sterke vriendschap op met de Israëlische premier Yitzhak Rabin, met wie hij had onderhandeld over het vredesverdrag. Tijdens Rabins begrafenis sprak hij een rede uit.
[bewerk] Stabilisatie van Jordanië
Hussein is in grote mate verantwoordelijk geweest voor de opbouw van zijn land. Tijdens de zesdaagse oorlog hield hij stand en onder zijn leiding heeft de economie een grote groei doorgemaakt. Verder zorgde hij voor verbeterde voorzieningen. In het begin van zijn regeerperiode zag hij er op toe dat er betere infrastructuren kwamen voor leidingwater en elektriciteit en liet hij riolen aanleggen. In het begin was slechts 10% van de bevolking aangesloten op het riool, aan het eind was dit 99%. Ook werd de kindersterfte teruggebracht.
[bewerk] Huwelijk en gezin
De koning is vier keer, afzonderlijk van elkaar, getrouwd geweest.
[bewerk] Eerste huwelijk
op 19 april 1955 trouwde hij met Sharifa Dina bint 'Abdu'l-Hamid. Zij was geboren in Egypte en een verre nicht van zijn vader. Dina is afgestudeerd op de Universiteit van Cambridge en had op de Universiteit van Caïro Engels gegeven. Ten tijde van het huwelijk was zij 26 en hij 19 jaar. in 1956 kregen ze een dochter Alia. In hetzelfde jaar scheidde het echtpaar en kreeg koningin Dina de titel Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Dina Abdul-Hamid van Jordanië.
H.K.H Prinses Alia bint Al Husseinvan Jordanië trouwde in 1977 met Nasser Mirza met wie zij een zoon Hussein kreeg. In 1987 scheidden het paar en Alia hertrouwde in 1988 met Mohammed Saleh. Samen kregen zij twee zoons: Talal en Abdel Hamid.
[bewerk] Tweede huwelijk
Op 25 mei 1961 trouwde de koning met Antoinette Avril Gardiner ('Toni Gardiner'). zij was in 1941 geboren in Chelmondiston, Engeland. Op 30 januari 1962 kreeg zij de titel H.K.H. Prinses Muna al-Hussein van Jordanië. Antoinette was een gelauwerde hockeyster, voormalig typiste en dochter van Luitenant-Kolonel Walter Percy Gardiner. Vaak wordt er nog gedacht dat Muna zich nooit tot de Islam heeft bekeerd. De wet schrijft in Hoofdstuk VI, deel I, artikel 28e echter voor dat ieder persoon die recht heeft op de troon, geboren moet zijn uit de echtgenote van de koning en dat deze echtgenote moslim moet zijn. Als Muna niet bekeerd was, had Husseins zoon Abdullah nooit koning kunnen worden. Na hun scheiding in 1972 deed zij afstand van haar koninklijke titels.
Het echtpaar kreeg vier kinderen:
- Z.K.H Abdullah II bin al-Hussein van Jordanië (30 januari 1962)
- Z.K.H. Prins Faisal bin al-Hussein van Jordanië (11 oktober 1963). Luitenant-generaal, voormalig kolonel van de Koninklijke Jordaanse Luchtmacht. In augustus 1987 trouwde hij met Aliya Tabaa, dochter van Sayyid Tawfik al-Tabbah, oprichter en president van Royal Jordanian Airlines. Zij draagt nu de titel H.K.H Prinses Aliya al-Faisal, Het echtpaar heeft drie dochters, de prinsessen Ayah (11 februari 1990), Sara en Aisha (27 maart 1997) en een zoon, Prins Omar (26 oktober 1993).
- H.K.H Prinses Aisha bint Hussein van Jordanië (23 april 1968). Brigadier-generaal van de Koninklijke Jordaanse Landmacht. In 1990 is ze getrouwd met Sayyid Zeid Saadedine Juma en ze hebben twee kinderen, Aoun Juma (27 May 1992) en Muna Juma (18 juli 1996).
- H.K.H Prinses Zein bint Hussein van Jordanië(23 april 1968). Ze is getrouwd met Sayyid Majdi Al-Saleh en samen hebben ze een zoon Jaafar (9 november 1990) en een dochter Jumana (9 november 1990), en één geadopteerde dochter Tahani.
[bewerk] Derde huwelijk
Op 24 december 1972 trouwde de koning met Alia Baha el-Din Toukan (25 december 1948). Zij kreeg hierdoor de titel H.M. Koningin Alia al-Hussein van Jordanië. Op 9 februari 1977 kwam zij om het leven bij een helikoptercrash in Amman. Het internationale vliegveld van Jordanië is naar haar vernoemd: Queen Alia International Airport. Het echtpaar kreeg twee kinderen en adopteerden er een.
- H.K.H Prinses Haya bint Hussein van Jordanië (3 mei 1974). op 10 april 2004 trouwde ze met Mohammed bin Rashid Al Maktoum, sjeikh van Dubai. Zij kreeg op 2 december 2007 haar eerste kind, een dochter Aljalilah.
- Z.K.H Prins Ali bin Hussein van Jordanië (23 december 1975). Op 7 september 2004 trouwde hij met Rym Brahimi, voormalig CNN-journaliste een dochter van Lakhdar Brahimi, speciaal gezant van de VN voor Afghanistan. Hiermee kreeg zij de titel H.K.H Prinses Rym al-Ali van Jordanië. Samen hebben zij een dochter, H.K.H. Prinses Jalilah bint Ali (16 september 2005)en een zoon Z.K.H. Prins Abdullah bin Ali (19 maart 2007)
- Abir Muhaisen (1972), die zij in 1976 adopteerden. Zij ging naar de kostschool Oldfields Prep School in Glencoe, Maryland, Verenigde Staten.
[bewerk] Vierde huwelijk
Op 15 juni 1978 trouwde de koning met Lisa Najeeb Halaby (23 augustus 1951). Tijdens haar bekering tot de islam kreeg zij de titel en naam H.M Koningin Noor Najeeb Halaby van Jordanië. Ze ontmoetten elkaar toen zij als architect werkte aan de ontwikkeling van de luchthaven van Amman. Momenteel is zij president van United World Colleges, een vereniging van 12 High Schools, opgericht tijdens de Koude Oorlog en met doel om begrip tussen de verschillende volkeren te promoten door middel van onderwijs en internationale uitwisseling ven studenten. Na de dood van haar man bleef zij haar titel behouden. Doordat zij niet de moeder is van de huidige koning Abdullah II, kan zij niet worden aangeduid als Koningin Moeder, en is er dus geen verschil met Koningin Rania, de echtgenote van Abdullah II.
Het echtpaar kreeg vier kinderen:
- Z.K.H Prins Hamzah bin al Hussein van Jordanië (29 maart 1980). Van 1999 tot 2004 was hij kroonprins, tot zijn halfbroer Z.M Abdullah II deze titel introk. Hij is op 29 augustus 2003 (officiële bruiloft op 27 mei 2004) getrouwd met zijn achternicht H.K.H. Prinses Noor bint Asem van Jordanië (6 oktober 1982), dochter van Z.K.H. Asem "Abu Bakr" bin Nayef van Jordanië. Sinds haar huwelijk staat ze bekend als H.K.H. Prinses Noor Hamzah. Zij hebben een dochter H.K.H. Prinses Haya (18 april 2007).
- Z.K.H. Prins Hashim bin Al Hussein van Jordanië (10 juni 1981). Op 15 april 2006 is hij getrouwd met H.K.H. Prinses Fahdah Mohammed Abu Neyan van Saoedi-Arabië. Het paar heeft een dochter H.K.H. Prinses Haala (6 april 2007).
- H.K.H. Prinses Iman bint Hussein van Jordanië (24 april 1983).
- H.K.H. Prinses Raiyah bint Al Hussein (9 februari 1986).
[bewerk] Overlijden
De koning werd al enige jaren behandeld voor een non-Hodgkins lymphoom in de Mayo Kliniek in Rochester, in de Amerikaanse staat Minnesota. Door terugkerende koorts moest hij in januari 1999 onverwacht afreizen naar Amerika, waar hij onder andere een beenmergtransplantatie onderging. Deze mislukte, waarna hij moest worden opgegeven. De koning keerde terug naar Jordanië, waar hij overleed op 7 februari 1999. Vlak voor zijn dood heeft hij zijn testament aangepast zodat zijn oudste zoon Abdullah hem op zou volgen in plaats van Hussein's broer Z.K.H. Prins Hassan bin Al Talal. Hij behoorde tot de langst regerende leiders in de internationale politiek.
[bewerk] Externe link