Frans van Anjou
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Frans Hercules van Valois (Parijs, 18 maart 1555 - Chateau-Thierry, 10 juni 1584), Hertog van Anjou, was de jongste zoon van koning Hendrik II van Frankrijk en Catharina de' Medici. Hij was de jongere broer van de Franse koningen Frans II, Karel IX en Hendrik III en groeide als katholiek op tijdens de escalerende Hugenotenoorlogen waarin Spanje en Engeland zich nog zouden mengen. Bij zijn geboorte kreeg hij de titel hertog van Alençon, maar bij de troonsbestijging van zijn broer Hendrik in 1575 nam hij diens oorspronkelijke titel hertog van Anjou over en werd beoogd erfgenaam van de Franse troon. Het gegeven dat hij de kroonprins was van de grootste mogendheid in Europa die tegenwicht kon bieden aan Spanje, zou zijn verdere leven bepalen.
Vervolgens ging hij in 1579 naar Engeland voor een politiek gemotiveerde en moeizame verlovingsperiode met koningin Elizabeth I van Engeland. Zij mocht hem wel, maar hij was 22 jaar jonger dan zij en bovendien katholiek, wat niet goed viel bij het Engelse volk; het was bovendien algemeen bekend dat zijn moeder Catharina een hoofdverantwoordelijke was geweest voor de beruchte Bartholomeüsnacht in 1572, een dieptepunt in de godsdiensttwisten op het continent waarvan de Engelsen nu juist verschoond wilden blijven. Zij werd daarom uitgemaakt voor de 'Izebel van deze tijd'. De verloving leverde hem wel de bijnaam 'mijn kikkertje' op, en zelfs een door Elizabeth persoonlijk geschreven gedicht "On Monsieur’s Departure" maar, zoals alle andere verlovingen met deze koningin, liep die op niets uit. De Staten-Generaal stelden hem in 1581 aan als soeverein vorst ("vorst en heer der Nederlanden"). De opstandelingen hoopten hiermee te bereiken dat Frankrijk zich als traditionele vijand van Spanje in de oorlog zou mengen.
Frans van Anjou eiste dat de Nederlanden zich onafhankelijk van Spanje zouden verklaren. Dat was ook logisch omdat hij immers was binnengehaald om soeverein vorst te worden, dus dat gebeurde nog in 1581, met de Acte van Verlatinghe. Al snel echter bleek de keuze voor Anjou een vergissing: de hertog, die weinig politieke macht gekregen had, hield zich meer bezig met feesten dan met regeren. Ook hier werkte het feit dat hij katholiek was, in sommige kringen niet in zijn voordeel. Toen in 1582 een aanslag op het leven van Willem van Oranje werd gepleegd, wezen velen in de richting van de hertog van Anjou.
Teleurgesteld in zijn bijrol, besloot Frans van Anjou een poging te wagen zijn macht te vergroten. In januari 1583 werden enkele steden in Vlaanderen en Brabant voorzien van een Frans garnizoen om vervolgens de grootste Nederlandse stad, Antwerpen, bij verrassing in te nemen, met een glorieuze intocht nog wel. De inwoners maakten deze intocht echter tot een hinderlaag voor de "Franse furie"; zijn 1500 man sterke strijdmacht werd grotendeels afgeslacht. De positie van Anjou was nu onhoudbaar geworden en ook Oranje kreeg felle kritiek te verduren. Hij was het immers die de Fransman had binnengehaald en zelfs nu nog aandrong op verzoening. Deze verzoeningspoging mislukte en Anjou verliet de Nederlanden in juni 1583. Toen hij op 10 juni 1584 (een maand voor Willem van Oranje) overleed aan tuberculose, was het afgelopen met de Franse steun voor de opstand.
In Frankrijk had zijn vroegtijdige dood tot gevolg dat de calvinistische Hendrik van Navarra, de latere Hendrik IV van Frankrijk de troonopvolger werd, hetgeen leidde tot een verheviging van de Hugenotenoorlogen.
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina François d'Alençon op Wikimedia Commons.
|