Lenny Krayzelburg
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Lenny Krayzelburg (Ленни Крайзельбург) (Odessa, 28 september 1975) is een Amerikaans zwemmer. Oorspronkelijk afkomstig uit Oekraïne won hij voor de Verenigde Staten, zijn nieuwe vaderland, maar liefst drie gouden medailles bij de Olympische Spelen van 2000 in Sydney.
Zoals zijn bijnaam Backstroke King verraadt, deed hij dat op de rugslag: Krayzelburg won zowel de 100 meter als de 200 meter in het Sydney Aquatic Center, en maakte bovendien deel uit van de winnende Amerikaanse estafetteploeg op de 4x100 meter wisselslag.
Krayzelburg is van Joodse afkomst. Uit vrees dat zijn zoon in de toekomst bloot zou komen te staan aan antisemitisme besloot zijn vader in 1989 om de toenmalige Sovjet-republiek Oekraïne te verruilen voor de Verenigde Staten. Het gezin vond emplooi in Los Angeles (Californië), waar de jonge Krayzelburg langzaam maar zeker uitgroeide van een bovenmatig getalenteerd zwemmer tot een potentieel kampioen.
Krayzelburg spreekt nog altijd vloeiend Russisch en verkreeg in 1995 de Amerikaanse nationaliteit. Bij de olympische kwalificatiewedstrijden voor de Spelen van Atlanta (1996) verbaasde hij vriend en vijand door vanuit het niets de op één na beste tijd neer te zetten in de series van de 200 meter rugslag. Zenuwen grepen hem naar de keel, en daardoor faalde hij uiteindelijk in de finale, waardoor 'Atlanta' aan hem voorbij ging.
Een jaar later, bij de Pan Pacific Games, brak Krayzelburg definitief door. Hij won de 100 en 200 meter rugslag. Dat herhaalde hij een jaar later bij de wereldkampioenschappen langebaan (50 meter) in Perth. Later dat jaar keerde hij voor het eerst sinds zijn vertrek terug naar zijn geboorteland Oekraïne.
Na de voor hem succesvol verlopen Olympische Spelen van Sydney moest Krayzelburg langzaam maar zeker een stap terug doen. Hij maakte nog wel deel uit van de Amerikaanse ploeg bij de Spelen van Athene (2004), maar kwam daar op de 100 meter rugslag niet verder dan de vierde plaats. Zijn erfopvolger is landgenoot Aaron Peirsol.
Olympisch kampioen | |
---|---|
1908: Arno Bieberstein 1912: Harry Hebner 1920: Warren Paoa Kealoha 1924: Warren Paoa Kealoha 1928: George Kojac 1932: Masaji Kiyokawa 1936: Adolph Kiefer 1948: Allen Stack 1952: Yoshinobu Oyakawa 1956: David Theile 1960: David Theile 1968: Roland Matthes 1972: Roland Matthes 1976: John Naber 1980: Bengt Baron 1984: Rick Carey 1988: Daichi Suzuki 1992: Mark Tewksbury 1996: Jeff Rouse 2000: Lenny Krayzelburg 2004: Aaron Peirsol 1900: Ernst Hoppenberg 1964: Jed Graef 1968: Roland Matthes 1972: Roland Matthes 1976: John Naber 1980: Sándor Wladár 1984: Rick Carey 1988: Igor Polyansky 1992: Martin López-Zubero 1996: Brad Bridgewater 2000: Lenny Krayzelburg 2004: Aaron Peirsol 1960: McKinney, Halt, Larson, Farrell 1964: Mann, Craig, Schmidt, Clark 1968: Hickcox, McKenzie, Russell, Walsh 1972: Stamm, Bruce, Spitz, Heidenreich 1976: Naber, Hencken, Vogel, Montgomery 1980: Kerry, Evans, Tonelli, Brooks 1984: Carey, Lundquist, Morales, Gaines 1988: Berkoff, Schroeder, Biondi, Jacobs 1992: Rouse, Diebel, Morales, Olsen 1996: Rouse, Linn, Henderson, Hall 2000: Krayzelburg, Moses, Crocker, Hall 2004: Peirsol, Hansen, Crocker, Lezak |