Klasse (openbaar vervoer)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

In het openbaar vervoer kent men, met name in de trein, verschillende klassen van comfort. Sedert de jaren 70 wordt bij de Nederlandse Spoorwegen niet meer 'klasse' maar 'klas' geschreven.

De treinen in Nederland en België, alsook in de meeste andere landen, kennen er twee: de 1e klas en de 2e klas. In de 1e klas is er in vergelijking met de 2e klas meer ruimte (bredere stoelen, extra beenruimte, behalve in sommige stoptreinen) en is het vaak rustiger, wat prettig is voor mensen die graag door willen werken tijdens het reizen. Om die reden zijn er ook voornamelijk zakelijke reizigers in de 1e klas te vinden. Ondanks dat er nergens officieel is vastgelegd dat men daadwerkelijk stil moet zijn in de 1e klas, wordt dit wel als gebruikelijk aangenomen.

Het tarief voor de 1e klas ligt ongeveer 40% hoger dan het standaard tweedeklastarief. Met een tweedeklasvervoerbewijs is het niet toegestaan om in de 1e klas te reizen. Wel zijn er zogenaamde 'overgangsbewijzen' te koop waarmee men een tweedeklaskaartje of een abonnement kan 'opwaarderen' voor een reis in de 1e klas.

Bij elk rijtuig staat zowel aan de buitenkant als aan de binnenkant weergegeven in welke klasse men zich bevindt. Door middel van het cijfer 1 en een blauwe of gele balk boven de ramen wordt in Nederland de 1e klas aangeduid. In België wordt de 1e klas met een gele balk boven de ramen aangegeven. De rijtuigen 2e klas worden alleen aangeduid met een 2, of hebben helemaal geen aanduiding.

Op enkele trajecten worden treinen ingezet die geen 1e klas (meer) kennen. In Nederland zijn dit de CityPendels (o.a. spitstreinen Hoekse Lijn) en LINT (trajecten gereden door Syntus). Reizigers op deze trajecten kunnen alleen (nog) in de 2e klas reizen. De zogenaamde ambtenarentrein tussen Den Haag en Groningen kent juist extra eerste-klasrijtuigen.

Vroeger kende men ook nog een 3e klas en zelfs 4e klas (NBDS en Duitsland). Op voorstel van de UIC (Internationale spoorwegunie) werd in 1951 besloten in Europa met ingang van de zomerdienstregeling van 1956 (3 juni 1956) over te gaan op een tweeklassensysteem. De toenmalige derde klas werd de huidige tweede klas, de toenmalige tweede klas werd eerste klas. De oorspronkelijke extra luxueuze eerste klas, die in veel treinen niet aanwezig was, werd dus afgeschaft.

[bewerk] Bakindelingen

In de codes voor de bakindelingen van treinen worden de klassen aangeduid met letters: A betekent 1e klas en B 2e klas. De vroegere 3e klas had de letter C.