Karel Richard Šebor
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Karel Richard Šebor (ook: Carl Schebor) (Brandýs nad Labem-Stará Boleslav, 13 augustus 1843 – Vinohrady, Praag, 17 mei 1903) was een Tsjechisch componist en dirigent.
Inhoud |
[bewerk] Levensloop
Šebor kreeg de eerste muzieklessen van zijn grootvader, een leraar. Hij studeerde aan het Státní konservatori hudby v Praze te Praag onder andere viool bij Mořice Mildner, muziektheorie bij Jan Bedřich Kittel. In 1861 werd hij docent en muziekleraar in Warschau en in 1863 werd hij kapelmeester aan het stedelijk theater in Erfurt. Van 1865 tot 1871 was hij tweede kapelmeester van het Landestheater in Praag.
Dan werd hij dirigent van de Militaire muziekkapel van het Infanterie-Regiment Nr. 34 in Lemberg, Komárno, Kaschau en Wenen. In 1885 wisselde hij tot de Muziekkapel van het Infanterie-Regiment 89 in Wenen. Voor dit Regiment schreef hij de Iovanovic-mars. In 1888 werd hij kapelmeester van de muziekkapel van het Infanterie-Regiment Nr. 88 in Praag.
Ook als hij met Templáři na Moravě de eerste op een Tsjechisch tekst geschreven opera van het nieuwe Tsjechisch toneel in het 1862 geopend Interimstheater (vanaf 1883 Nationaltheater) schrijft, had hij als componist van opera's, symfonieën, cantates en kamermuziek weinig succes. Maar zijn marsen en dansen voor harmonieorkest en militaire orkesten waren bij het publiek erg geliefd.
[bewerk] Composities
[bewerk] Werken voor orkest
[bewerk] Werken voor harmonieorkest
- 1878 Iovanovic-mars
- Kukuricza mars
- Plevna mars
- Vier Hongarse marsen
[bewerk] Cantates
- 1868 Slavnostní kantáta, cantate voor gemengd koor
- Grote cantate voor de opening van het Nationaltheater Praag, voor solisten, gemengd koor en orkest
- Májová noc, cantate
[bewerk] Toneelwerken
[bewerk] Opera's
Voltooid in | Titel | Aktes | Première | Libretto |
---|---|---|---|---|
1865 | Templáři na Moravě (De tempeliers in Moravië) | 3 aktes | 19 oktober 1865, Praag, Interimstheater | Karel Sabina |
1867 | Drahomíra | 4 aktes | 20 september 1867, Praag, Interimstheater | Jindřich Böhm, naar František Šír |
1868 | Nevěsta husitská (De Hussitenbruid) | 5 aktes | 27 september 1868, Praag, Interimstheater; | Eduard Rüffer;
2e (gereviseerde) versie: Titus Fallerau |
1870 | Blanka | 4 aktes | 8 maart 1870, Praag, Interimstheater | Eduard Rüffer |
1879 | Zmařená svatba | 3 aktes | 2 oktober 1879, Praag, Interimstheater | Marie Červinková-Riegrová, naar de vaudeville «Le Petite Pierre» van Adolphe d'Ennery en Adrien Decourcelle |
[bewerk] Balletten
Voltooid in | Titel | Aktes | Première | Libretto | Choreografie |
---|---|---|---|---|---|
voor 1890 | Z kouzelné říše | 3 aktes | voor 1890, Praag |
[bewerk] Kamermuziek
- 1860 Strijkkwartet in e-klein
[bewerk] Publicaties
- Friedrich Anzenberger: Militärkapellmeister Karl Richard ŠEBOR (1843-1903) zum 100. Todestag, zie: MB 2002/2-3 S/p. 252.
- Marta Ottlová: Šebor Karel (Šebor Karel) in: Hudební divadlo v českých zemích: osobnosti 19. století. 1. vyd. 2006, Praha: Divadelní ústav, Academia; s. 487-502, 533-536. ISBN 80-7008-188-0
- Marta Ottlová: Šebor (Schebor) Karel (Carl) Richard (Šebor (Schebor) Karel (Carl) Richard), in: Oesterreichisches biographisches Lexikon 1815-1950. 1. vyd. 2001. Wenen: Verlag der Oesterreichischen Akademie der Wissenschaften; s. 76-77. ISBN 3-7001-0187-2
- Josef Damanski: Die Militär-Kapellmeister ‚Oesterreich Ungarns, Leipzig, 1904