Jozef Maria Escrivá
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Josemaría Escrivá de Balaguer (Barbastro, 9 januari 1902 - Rome, 26 juni 1975) was een in 2002 heiligverklaarde Spaanse priester en stichter van het Opus Dei. In het Nederlandse taalgebied wordt deze heilige 'Jozefmaria' genoemd.
Inhoud |
[bewerk] Jeugd
Escrivá werd op 9 januari 1902 geboren in het Noordspaanse Barbastro. Hij was de tweede van zes kinderen uit een zeer katholiek gezin. In 1918 kwam de jonge Escrivá tot de overtuiging dat God hem iets vroeg, zonder te weten wat dat was. Hij begreep dat hij zichzelf volledig aan God moest geven en priester moest worden. Naast zijn priesteropleiding studeerde hij rechten aan de universiteit van Zaragoza. Hij werd in 1925 priester gewijd.
In 1927 verhuisde hij naar Madrid om er te promoveren in het burgerlijk recht. Tegelijk verrichtte hij er priesterlijk werk onder armen, zieken en kinderen. Dit werk breidde hij uit onder studenten, kunstenaars, arbeiders en intellectuelen.
[bewerk] Stichting van het Opus Dei
In Madrid, op 2 oktober 1928, stichtte hij het Opus Dei (Werk van God). Doel van het Opus Dei is gelovigen eraan te herinneren dat zij geroepen zijn om in hun dagelijks leven heilig te worden. Vanaf 1928 wijdde Escrivá zich geheel aan de ontwikkeling van het Opus Dei.
In 1934 werd de eerste druk van "De Weg" gepubliceerd, (toen nog onder de titel "Consideraciones espirituales" – Geestelijke overwegingen). Dit is het meest verspreide boek van Jozefmaria Escrivá. Er zijn inmiddels meer dan 4 miljoen exemplaren van verschenen. Andere boeken van zijn hand zijn: "De heilige Rozenkrans", "Als Christus nu langs komt", "Vrienden van God", "De Kruisweg". "De Voor", "De Smidse" en "De liefde tot de Kerk".
[bewerk] Uitbreiding
De Spaanse Burgeroorlog (1936-1939) vormde een groot obstakel voor de ontwikkeling van het nog prille Opus Dei. Het waren tijden van religieuze vervolging die ook de stichter van het Opus Dei aan den lijve ondervond; hij moest langere tijd onderduiken.
Na de burgeroorlog, vanaf 1940, verbreidde het Opus Dei zich onder zijn leiding over Spanje. Toen hij voorbereidingen trof om in andere landen van Europa met het apostolaatswerk te beginnen, brak de Tweede Wereldoorlog uit, zodat de uitbreiding weer geremd werd.
In de overtuiging dat de oorsprong en het bereik van zijn zending universeel was, verhuisde Escrivá in 1946 naar Rome. In de periode 1945-1975 begon het Opus Dei, onder de directe impuls van de stichter, in dertig landen zijn apostolaatswerk.
Vanaf de jaren 50 bevorderde Escrivá sociale initiatieven op diverse gebieden: beroepsopleidingen, agrarische vormingscentra, universiteiten en scholen, ziekenhuizen, medische posten, enzovoorts. De projecten kwamen tot stand op initiatief en onder persoonlijke verantwoordelijkheid van leden van het Opus Dei in samenwerking met anderen.
[bewerk] Vaticanum II
Tijdens het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) onderhield Escrivá nauwe banden met diverse concilievaders die hem raadpleegden over thema’s die daarna kernpunten van het concilie zouden worden, zoals de leer over de universele roeping tot heiligheid en de taak van de lekengelovigen in de zending van de Kerk. Hij identificeerde zich volledig met deze leringen van Vaticanum II met betrekking tot de heiliging van de leken, in de seculiere wereld, ook buiten kloosters en priesterinstituten, en zette zich ervoor in dat deze leer over heel de wereld werd verbreid door middel van de vormingsactiviteiten van het Opus Dei. Hij wordt thans beschouwd als een van de belangrijke voorlopers van het concilie. Tegenover de liturgiehervorming stond Jozefmaria negatiever, hij bleef tot zijn dood in 1975 trouw aan de Tridentijnse ritus van zijn eerste H. Mis.
In de jaren 1970-1975 ondernam hij lange catechetische reizen door Europa en Zuid-Amerika welke op video gedocumenteerd werden.
[bewerk] Heiligverklaring
Hij stierf in Rome op 26 juni 1975. Een groot aantal gelovigen, waaronder ruim eenderde van alle bisschoppen van de wereld, verzocht de paus zijn zalig- en heiligverklaringsproces te openen. Op 17 mei 1992 waren 300.000 mensen aanwezig bij zijn zaligverklaring door paus Johannes Paulus II op het Sint Pietersplein in Rome.
Tien jaar later, op 6 oktober 2002, werd Escrivá, ook door Johannes Paulus II, heilig verklaard in het bijzijn van mensen uit ruim tachtig landen. In zijn toespraak bij de heiligverklaring zei de paus dat "de heilige Jozefmaria door de Heer was uitgekozen om de universele roeping tot heiligheid te verkondigen en om aan te geven dat de gewone activiteiten waaruit het dagelijks leven bestaat, een weg tot heiligheid zijn. Men zou kunnen zeggen dat hij de heilige van het gewone was".