Grote muggenorchis
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Grote muggenorchis | |||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Grote muggenorchis (Gymnadenia conopsea) |
|||||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||
Gymnadenia conopsea (L.) R.Br. (1813) |
De grote muggenorchis (Gymnadenia conopsea) is een orchidee van 45-60 cm hoog. De lippen hebben drie lobben met één langere lip in het centrum van de bloem. De sterke, zoete geur trekt veel insecten aan.
Inhoud |
[bewerk] Voortplanting en verspreiding
De grote muggenorchis is in geheel Noord-Europa en delen van Azië te vinden tot een hoogte van 2500 m. In Nederland is ze zeldzaam en komt ze soms massaal voor in kalkrijke omgevingen, met name in duinvalleien in het Waddengebied en in Zuid-Limburg. De bloeiperiode is van juni tot augustus.
[bewerk] Verwante en gelijkende soorten
Binnen het geslacht van de muggenorchissen heeft de grote muggenorchis in Europa een nauwe verwant, de welriekende muggenorchis (Gymnadenia odoratissima). Die lijkt er sterk op en komt in gelijkaardige biotopen voor. Maar deze laatste is meestal kleiner met een kortere, meer gedrongen bloeiwijze, nog sterker geurend, en het spoor is duidelijk korter en dikker.
Daarbuiten zou de grote muggenorchis kunnen verward worden met het eveneens rooskleurige hondskruid (Anacamptis pyramidalis) of met sommige Orchis-soorten. Ook daarbij is het onderscheid te maken door de dichte, langgerekte bloeiwijze, de aanwezigheid van een spoor en de sterke geur.
[bewerk] Bescherming
De grote muggenorchis is in Nederland beschermd door de Flora- en faunawet en staat op de Nederlandse Rode lijst van planten van 2000 als zeer zeldzaam en zeer sterk afgenomen.
[bewerk] Externe link
- Grote muggenorchis (Gymnadenia conopsea) op SoortenBank.nl (gebaseerd op de 22e, voorlaatste, druk van de Heukels)
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina grote muggenorchis (Gymnadenia conopsea) op Wikimedia Commons.
|