Grafkelder van Oranje-Nassau
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Onder de Nieuwe Kerk in Delft bevinden zich de grafkelders van de Prinsen van Oranje en de Nederlandse Koninklijke Familie. De kelders bevinden zich onder en achter het praalgraf van Willem van Oranje.
In 1584 kon de in Delft vermoorde Willem I van Oranje niet worden bijgezet in het familiegraf van de Nassaus in de Grote kerk in Breda doordat deze stad in Spaanse handen was. Men koos ervoor om het gebalsemde lichaam in een geïmproviseerd monument, een met stof bespannen katafalk, in het koor van de Nieuwe Kerk in Delft te plaatsen.
Pas in 1609 besloten de Staten Generaal om een praalgraf voor de "Vader des vaderlands" op te richten. Omdat er geen gevolg werd gegeven aan dit besluit drong de weduwe van de Prins, Louise de Coligny, in 1614 aan op het bouwen van een passend graf. De Staten gaven nu aan Hendrick de Keyser opdracht om een monument "als soodanighen Prince waerdig is" te bouwen. Onder het monument werd een kelder uitgegraven waarin de Prins op een onbekend gebleven tijdstip is bijgezet.
Het hart van de prins werd door zijn weduwe in een loden kistje bewaard. In 2001 werd tijdens de restauratie van het monument een loden kistje gevonden dat onder het liggende marmeren beeld van Willem de Zwijger was verborgen. Het kistje werd later ongeopend in het monument teruggeplaatst.
Inhoud |
[bewerk] Geschiedenis
Het monument werd na de dood van De Keyser door diens zoon Pieter de Keyser afgemaakt en in 1623 voltooid. Louise de Coligny heeft het monument niet voltooid gezien: ze werd in 1621 in de kelder bijgezet. Daar werden in de daaropvolgende eeuw ook de Stadhouders en hun familieleden bijgezet. De ingang van de kelder lag vóór het monument en is ook nu nog aanwezig.
De Stadhouders van Groningen en Friesland werden in Leeuwarden bijgezet. Koning-Stadhouder Willem III en zijn echtgenote Koningin Mary II werden in de Westminster Abbey in Londen begraven.
In het dynastieke besef van de Oranjes waren het monument en de kelder van groot belang. De rouwborden en vaandels van de overledenen werden, zoals schilderijen ons laten zien, rond het monument in het koor opgehangen en de begrafenissen werden met veel pracht en praal georganiseerd.
Men breidde de te klein geworden kelder in 1752 uit. Daarbij werden de houten kisten vervangen of omhuld door nieuwe loden kisten. De kelder werd tijdens de Franse revolutie, in tegenstelling tot de kelder van de Nassaus in Leeuwarden en de kelders van de Franse koningen, niet geplunderd. De verdreven Oranjes begroeven hun doden in de jaren tussen 1795 en 1813 in hun ballingsoorden. De in of bij Berlijn, in Braunschweig of Padua begraven prinsen en prinsessen zijn in de 19e en 20e eeuw, op één na, allen naar Delft overgebracht.
In 1813 trof de Soevereine Vorst Willem I de kelder en het monument ongeschonden aan. Alleen de wapenborden en de vaandels die in het koor hingen waren vernield.
In 1819 werd prinses Louise als eerste Oranje na de verheffing tot koningshuis in Delft bijgezet. Toen 's Konings moeder, Wilhelmina van Pruisen, de weduwe van Stadhouder Willem V, in 1820 overleed was de kelder vol en zij moest in een grafkelder onder de kerk in Apeldoorn worden bijgezet.
Koning Willem I liet daarom in 1820 een tweede grafkelder bouwen achter de reeds bestaande kelder. Omdat hier de graven lagen van het Delftse Gasthuis, werden deze aangekocht en geruimd. De ruime kelder met zeven grafnissen ligt iets hoger dan de oude kelder. Daarom is het achterste deel van het koor ook opgehoogd. In 1822 was de kelder gereed en kon het lichaam van Wilhelmina van Pruisen vanuit Apeldoorn worden overgebracht naar de nieuwe grafkelder.
Bij deze uitbreiding werd ook de toegang tot de grafkelder verplaatst. Vanaf 1821 kwam men de grafkelder binnen vanuit de linkerzijde van het praalgraf. Bij de uitvaarten van de Oranjes in de 19e eeuw werden de kisten met een "mechaniek", een lift, naar beneden gebracht.
Tegenwoordig wordt deze ingang als dienstingang gebruikt.
Op 1 januari 1829 werd het koninklijk besluit van 22 augustus 1827 van kracht, waardoor begraven in kerken om hygiënische redenen werd verboden. In de Wet op de Lijkbezorging werd voor het Koninklijk Huis een uitzondering gemaakt. De leden van het Koninklijk Huis mochten worden gebalsemd en in een kerk worden bijgezet. Ook in de huidige wetten is voor het Koninklijk Huis een uitzondering gemaakt op het verbod om in kerken lijken bij te zetten of te begraven.
In de 19e eeuw speelden de dood en rouwrituelen een grote rol. De kisten werden prachtig uitgevoerd en waren, ook omdat vorsten begraven werden in meerdere kisten, van lood, eikenhout en mahonie die in elkaar pasten, zo zwaar dat ooggetuigen bij de begrafenis van Willem III spraken van een "onwaardig tafreel omdat de kist als een pianokrat verstouwd en geduwd werd".
De Oranjes bezochten hun doden in de kelder geregeld, het verst daarin ging de zenuwzieke Prins Alexander die zijn dierbare broers en moeder op hun verjaardagen en sterfdagen opzocht in de kelder. De kist van zijn gebalsemde broer Prins Willem liet hij zelfs op wieltjes plaatsen zodat hij zijn dode broer door het glazen deksel kon zien. Alexander liet ook zilveren grafkransen op de kisten plaatsen. Koningin Emma was de laatste Oranje die de grafkelder nog geregeld bezocht om daar bloemen te leggen.
De kelders zijn nooit opengesteld voor het publiek; ze zijn daarvoor ook niet geschikt. De Koninklijke familie bewaart daarbij een diep stilzwijgen over de kelders zodat daar, anders dan in andere landen, ook geen wetenschappelijk onderzoek naar kon worden gedaan. Wij weten ongeveer hoe de kelders eruitzien doordat een Franse journalist in 1890, voordat Willem III werd bijgezet, in de kelder afdaalde en een tekening van het fraaie gewelf met de kisten maakte. Opmerkelijk op de gedetailleerde tekening zijn de koorden waarmee de kisten zijn verzegeld en de vele kransen en bloemen. We zien ook drie kleine kistjes waarin zich misschien de ingewanden van de gebalsemde Oranjes of doodgeboren kinderen bevinden. De kisten liggen duidelijk in andere nissen dan nu het geval is. In datzelfde jaar maakte Victor de Stuers een potloodtekening van de oude grafkelder
Ter gelegenheid van het vijfentwintigjarig regeringsjubileum van koningin Wilhelmina werd de laatste grote verbouwing uitgevoerd. Men dacht aan een grote trap vóór het monument. Uiteindelijk werd het een tonnenzware steen van arduin met de opschrift
RESSURECTIONEM EXPECTAT GUILELMUS PRIMUS PATER PATRIAE |
Wat betekent: "Hier verwacht Willem I, de Vader des Vaderlands, de wederopstanding". Deze door Wilhelmina uitgekozen tekst getuigt van haar onwankelbaar geloof.
In de tweede wereldoorlog heeft de grafkelder groot gevaar gelopen. De leider van de N.S.B., Anton Mussert, wilde zijn broer J.A. Mussert, die op 14 mei 1940 geliquideerd was, wreken door de kisten van de Oranjes uit de kelder te verwijderen en in zee te gooien. Daarvan kwam niets, maar de kelder werd wel beschadigd toen in 1945 de stookolie voor de gemalen rond het laaggelegen en natte Delft opraakte. Het stijgende grondwater richtte in de kelder onbekend gebleven schade aan.
[bewerk] De bijzettingen in de late 19e en in de 20e eeuw
- In 1896 werd, na lang zoeken, het gebeente van Prins Willem George Frederik vanuit een klooster in Padua naar Delft gebracht. De prins was daar, omdat hij niet katholiek was, heimelijk onder een bergruimte begraven en het graf onder zijn grafsteen in de kloostergang bleek leeg te zijn.
- In 1911 werd het vergeten en verwaarloosde graf van Prinses Pauline in een tuin bij Berlijn teruggevonden. De eigenaar van de tuin, de Duitse industrieel Walther Rathenau nam contact met Koningin Wilhelmina op en de resten van de kleine prinses werden naar Delft overgebracht.
- In 1958 werd Stadhouder Willem V na meer dan 150 jaar in Braunschweig te hebben gerust in de kelder bijgezet. De urnen met de ingewanden van de prins bleven in Duitsland achter. Prinses Wilhelmina weigerde de herbegrafenis van Willem V bij te wonen. Desgevraagd zei Wilhelmina "niet achter de kist van een sufferd aan te willen lopen".
Een kleine kist rechtsachter in de nieuwe kelder stelt ons voor raadsels. Over de inhoud is niets bekend. Mogelijk gaat het om een doodgeboren kind.
[bewerk] Recentere bijzettingen
[bewerk] Koningin Wilhelmina
Zie Bijzetting van koningin Wilhelmina voor het hoofdartikel over dit onderwerp. |
Koningin Wilhelmina is geboren op 31 augustus 1880. Zij is gestorven op 28 november 1962. Zij is op 8 december 1962 ongebalsemd bijgezet in de grafkelder in de Nieuwe Kerk in Delft. Thijs Booy, secretaris van de prinses schrijft in zijn herinneringen dat hij na de plechtigheid in de door de marechaussee bewaakte kelder afdaalde om daar, samen met de minister van Justitie de kist met het zegel van de koningin en het grootzegel van het koninkrijk te verzegelen.
[bewerk] Claus van Amsberg
Zie Bijzetting van prins Claus voor het hoofdartikel over dit onderwerp. |
Prins Claus van Amsberg was de echtgenoot van koningin Beatrix. Hij is geboren op 6 september 1926 en gestorven op 6 oktober 2002. Hij werd op 15 oktober 2002 bijgezet in de grafkelder in de Nieuwe Kerk in Delft. Voorgangers in de uitvaartdienst waren ds. Carel ter Linden, hervormd predikant, en pastor Huub Oosterhuis, dichter en theoloog.
[bewerk] Koningin Juliana
Zie Bijzetting van koningin Juliana voor het hoofdartikel over dit onderwerp. |
Koningin Juliana is geboren op 30 april 1909. Zij is gestorven op 20 maart 2004. Op 30 maart kreeg zij een staatsbegrafenis (op eigen verzoek met witte accenten) en werd zij plechtig bijgezet in de koninklijke grafkelder van de Nieuwe Kerk te Delft. De uitvaartliturgie werd geleid door ds. W. Hudig-Semeijns de Vries van Doesburgh, remonstrants predikante. Sedert de bijzetting wordt zij officieel weer betiteld als 'Koningin Juliana'.
[bewerk] Bernhard van Lippe-Biesterfeld
Zie Bijzetting van prins Bernard voor het hoofdartikel over dit onderwerp. |
Prins Bernhard, de Prins der Nederlanden is op 11 december 2004 als laatste bijgezet. In de dagen voorafgaande aan zijn uitvaart zouden ook verschillende kisten in de kelder verplaatst zijn.
Prins Bernhard was de echtgenoot van koningin Juliana. Hij is geboren op 29 juni 1911 en gestorven op 1 december 2004. Op het moment dat de kist met het stoffelijk overschot van de prins de kerk werd ingedragen vlogen drie F-16's en een Spitfire over, waarbij een zogenaamde "Fly-pass manoeuvre" in de "Missing Man formation" werd uitgevoerd. De rouwdienst werd voorgegaan door ds. C.A. ter Linden, em. predikant van de Kloosterkerk te Den Haag.
[bewerk] Geheimhouding
Rondom de bijzetting van leden van het Koninklijk Huis zijn vele rituelen en tradities. De kelder wordt door de Koninklijke Familie als een privédomein gezien en anders dan in Spanje, België en Oostenrijk is de kelder steeds gesloten en heerst er rond de kelder veel geheimzinnigheid. Zo dook in de publiciteit rond de uitvaart van Prins Claus een eerder onbekende kleine kist op die in de nieuwe kelder staat. Wat deze kist bevat is onduidelijk. Mogelijk gaat het om de doodgeboren zoon van Wilhelmina en Hendrik. De burgemeester van Delft, sleutelbewaarder van de kelder, opent de grafkelder enkel in bijzijn van twee leden van de AIVD en twee marechaussees. Hij gebruikt daarbij de kleine dienstingang naast het monument. Alleen beëdigd personeel mag werkzaamheden in de grafkelder uitvoeren. De toegangssteen wordt alleen verwijderd voor bijzettingen van leden van het het Koninklijk Huis.
[bewerk] Overzicht van de personen die in de kelders zijn bijgezet
Naam | Geboortedatum | Datum van overlijden | Datum van bijzetting |
---|---|---|---|
1. Willem I van Oranje-Nassau | 24-04-1533 | 10-07-1584 | 03-08-1584 |
2. Louise de Coligny, echtgenote van prins Willem I | 23-09-1555 | 13-11-1620 | 24-05-1621 |
3. Maurits van Nassau | 13-11-1567 | 23-04-1625 | 26-09-1625 |
4. Elisabeth, dochter van prins Frederik Hendrik | 04-08-1630 | 04-08-1630 | 18-08-1630 |
5. Isabella Charlotte, dochter van prins Frederik Hendrik | 28-04-1632 | ??-04-1642 | onbekend |
6. Frederik Hendrik van Oranje | 29-01-1584 | 14-03-1647 | 10-05-1647 |
7. Catharina Belgica, dochter van prins Willem I | 03-07-1578 | 12-04-1648 | 05-05-1648 |
8. Amalia van Solms-Braunfels, echtgenote van prins Frederik Hendrik | 31-08-1602 | 08-09-1675 | 21-12-1675 |
9. Willem II van Oranje-Nassau | 27-05-1626 | 06-11-1650 | 08-03-1651 |
10. Doodgeboren dochter van prins Willem IV | 19-12-1736 | 19-12-1736 | 22-12-1736 |
11. Willem IV van Oranje-Nassau | 01-09-1711 | 22-10-1751 | 04-02-1752 |
12. Anna van Hannover, echtgenote van prins Willem IV | 02-11-1709 | 12-01-1759 | 23-02-1759 |
13. George, zoon van Karel Christiaan van Nassau-Weilburg | 18-12-1760 | 27-05-1762 | 01-07-1762 |
14. Doodgeboren dochter van Karel Christiaan van Nassau-Weilburg | 15-10-1767 | 15-10-1767 | 24-10-1767 |
15. Naamloze zoon van prins Willem V | 23-03-1769 | 24-03-1769 | 28-03-1769 |
16. Frederik, zoon van prins Willem V | 15-02-1774 | 06-01-1799 | 03-07-1896 |
17. Paulina van Oranje-Nassau, dochter van koning Willem I | 01-03-1800 | 22-12-1806 | 07-04-1911 |
18. Willem V van Oranje-Nassau | 08-03-1748 | 09-04-1806 | 29-04-1958 |
19. Louise, dochter van prins Willem V | 28-11-1770 | 15-10-1819 | 28-10-1819 |
20. Wilhelmina van Pruisen, echtgenote van prins Willem V | 07-08-1751 | 09-06-1820 | 27-11-1822 |
21. Ernst Casimir, zoon van koning Willem II | 21-05-1822 | 22-10-1822 | 11-05-1860 |
22. Willem, zoon van prins Frederik | 06-07-1833 | 01-11-1834 | 05-11-1834 |
23. Wilhelmina van Pruisen, echtgenote van koning Willem I | 18-11-1774 | 12-10-1837 | 26-10-1837 |
24. Koning Willem I | 24-08-1772 | 12-12-1843 | 02-01-1844 |
25. Frederik, zoon van prins Frederik | 22-08-1836 | 23-01-1846 | 28-01-1846 |
26. Alexander, zoon van koning Willem II | 02-08-1818 | 20-02-1848 | 21-04-1848 |
27. Koning Willem II | 06-12-1792 | 17-03-1849 | 04-04-1849 |
28. Maurits, zoon van koning Willem III | 15-09-1843 | 04-06-1850 | 10-06-1850 |
29. Anna Paulowna van Rusland, echtgenote van koning Willem II | 18-01-1795 | 01-03-1865 | 17-03-1865 |
30. Louise van Pruisen, echtgenote van prins Frederik | 01-02-1808 | 06-12-1870 | 21-12-1870 |
31. Amalia van Saksen-Weimar-Eisenach, echtgenote van prins Hendrik | 20-05-1830 | 01-05-1872 | 17-05-1872 |
32. Sophie van Württemberg, echtgenote van koning Willem III | 17-06-1818 | 03-06-1877 | 20-06-1877 |
33. Hendrik, zoon van koning Willem II | 13-06-1820 | 13-01-1879 | 25-01-1879 |
34. Willem, zoon van koning Willem III | 04-09-1840 | 11-06-1879 | 26-06-1879 |
35. Frederik, zoon van koning Willem I | 28-02-1797 | 08-09-1881 | 23-09-1881 |
36. Alexander, zoon van koning Willem III | 25-08-1851 | 21-06-1884 | 17-07-1884 |
37. Koning Willem III | 19-02-1817 | 23-11-1890 | 04-12-1890 |
38. Emma van Waldeck-Pyrmont, Koningin-regentes, echtgenote van koning Willem III | 02-08-1858 | 20-03-1934 | 27-03-1934 |
39. Hendrik van Mecklenburg-Schwerin, echtgenoot van koningin Wilhelmina | 19-04-1876 | 03-07-1934 | 11-07-1934 |
40. Koningin Wilhelmina | 31-08-1880 | 28-11-1962 | 08-12-1962 |
41. Claus van Amsberg, echtgenoot van koningin Beatrix | 06-09-1926 | 06-10-2002 | 15-10-2002 |
42. Koningin Juliana | 30-04-1909 | 20-03-2004 | 30-03-2004 |
43. Bernhard van Lippe-Biesterfeld, echtgenoot van koningin Juliana | 29-06-1911 | 01-12-2004 | 11-12-2004 |
Verder bevinden zich nog 3 stoffelijke overschotten in de grafkelder:
Naam | Geboortedatum | Datum van overlijden | Datum van bijzetting |
---|---|---|---|
1. Henriëtte Amalia, dochter van prins Frederik Hendrik | 26-10-1628 | ??-12-1628 | onbekend |
2. Hendrik Lodewijk, zoon van prins Frederik Hendrik | 30-11-1639 | 29-12-1639 | onbekend |
3. Lodewijk, prins van Bohemen, zoon van keurvorst Frederik V van de Palts | 1623 | 1623 | onbekend |
Om verschillende redenen zijn hier niet bijgezet:
Naam | Geboortedatum | Datum van overlijden | Toelichting |
---|---|---|---|
Philips Willem | 1554 | 1619 | oudste zoon van Prins Willem van Oranje, is te Diest (België) in de St. Sulpicekerk begraven |
Mary Stuart | 1631 | 1660 | echtgenote van Prins Willem II, is in de Westminster Abbey in Londen bijgezet |
Koning-Stadhouder Willem III | 1650 | 1702 | en zijn echtgenote Mary Stuart (1662-1695) rusten als Koning en Koningin van Engeland, Schotland en Ierland in de Westminster Abbey in Londen |
Henriëtte gravin d'Oultremont de Wégimont | 1792 | 1864 | Zij was na de troonsafstand van Koning Willem I met hem gehuwd en is bijgezet te Wégimont, België. |
[bewerk] Vorstelijke graven van de Oranjes en de Nassau's in Nederland
In Nederland zijn nog twee grafkelders waarin leden van de huizen Oranje en Nassau rusten. De Nederlandse koning is bij het beheer van deze kelders betrokken. Het zijn:
- De grafkelders en graven in de Grote- of Onze Lieve Vrouwekerk van Breda met het Praalgraf van Engelbrecht I van Nassau en het Praalgraf van Engelbrecht II van Nassau
en
- de grafkelder in de Grote of Jacobijnerkerk in Leeuwarden.
De onwettige nakomelingen van Prins Maurits en Margaretha van Mechelen , de rijksgraven van Nassau-Ouwerkerk en Nassau-LaLecq zijn onder een schitterend monument in de Hervormde kerk in Ouderkerk aan den IJssel bijgezet. In deze kelder zijn 34 kisten bijgezet. De laatste kist werd in 1824 naar Ouderkerk gebracht.
[bewerk] Zie ook
- Praalgraf Willem van Oranje
- Nieuwe Kerk (Delft)
- Grafkelder van de Friesche Nassau's in Leeuwarden
- Praalgraf van Engelbrecht I van Nassau
- Praalgraf van Engelbrecht II van Nassau
[bewerk] Literatuur
- Emirentia van Heuven-van Nes, "Monumenten voor Nassau en Oranje", Rotterdam 2004