Eerde (Noord-Brabant)
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
|
|
|
|
|
|
Provincie | Noord-Brabant |
Gemeente | Veghel |
Coördinaten | 51°36'N 5°29'E |
|
|
Inwoners (1 jan 2006) | 1.519 |
|
|
Postcode | 5460 |
Netnummer | 0413 |
Belangrijke verkeersaders | A50, N622, voormalige N265 |
|
Eerde (Veghels dialect: d'Eerd) is een dorp in de provincie Noord-Brabant, gelegen in de Meierij van 's-Hertogenbosch. Eerde is een kerkdorp van de gemeente Veghel en telt rond de 1.500 inwoners. De naam Eerde betekent 'beploegde grond, bouwland' [Bron: G. van Berkel en K. Samplonius, Nederlandse plaatsnamen, herkomst en historie].
Inhoud |
[bewerk] Dorpsontwikkeling
Eerde is een oude nederzetting die reeds dateert uit de vroege middeleeuwen en in primaire fase als akkerdorp ontstaan is. Reeds in de vijftiende eeuw is er sprake van een Antoniuskapel in Eerde. Deze kapel stond op de plek van het huidige Sint Antoniusplein en was aanleiding voor het ontstaan van een geconcentreerde bebouwing in de oude Eerdse dorpskern. De Rooise koster Adriaan Brock omschrijft Eerde begin 19e eeuw als:
"Een groot en uitgestrekt gehucht gelegen tusschen Rode, Vegchel en Schijndel, en behoorende ook gedeeltelijk onder, zoo politiek als kerkelijk, der der drie genoemde dorpen."
Rondom Eerde deed zich de vreemde situatie voor, dat het dorp zogenaamd drieherig was. Het dorp en de omliggende buurtschappen en landerijen waren als een lappendeken verdeeld onder het gezag van de dorpen Sint-Oedenrode, Veghel en Schijndel. Dit zorgde voor vreemde situaties in met name het dorp zelf, waar het grootste gedeelte van de huizen tot Veghel behoorde, maar de kapel en de school tot Sint-Oedenrode, dat eveneens de parochie vormde voor Eerde.
- Tot Sint-Oedenrode behoorden gedeeltelijk het dorp Eerde, De Kuilen, Grootdonk en Bosch.
- Tot Veghel behoorden de Kempkens, de Zandsteeg, Willebrordushoek, Kalverkamp en Abenhoef en gedeeltelijk De Kuilen, Grootdonk en het dorp Eerde.
- Tot Schijndel behoorden Zandvliet, Hoeves en Heertveld.
In de 18e eeuw brak er een langdurig en moeilijk proces aan tussen Gijsbert de Jong, secretaris van Veghel en Gijsbert Gualtherij, erfsecretaris van Sint-Oedenrode over het rechterlijk toebehoren van Eerde aan Veghel of Sint-Oedenrode. Echter, tot 1966 bleef het lot van Eerde onbeslist. Vanwege de complexe loop van de gemeentegrens is besloten de grens per 1 mei 1966 te wijzigen waarbij het grootste deel in Veghel kwam te liggen en een klein deel naar Schijndel ging. Reden voor deze opdeling was het feit, dat verreweg de meeste inwoners van Eerde en aanhangende gehuchten op het grondgebied van Veghel woonden en zij vrijwel geheel op de voorzieningen in hetzelfde dorp georiënteerd waren. Tot de aanleg van de Zuid-Willemsvaart in de periode 1823-1826 was de snelste verbinding tussen Eerde en Veghel het zogenaamde Eerdse Pad, dat vanuit de dorpskern dwars door De Dubbelen en de Eikelkamp liep en om ter hoogte van de haven in Veghel uit te komen. Door de aanleg van het kanaal verviel deze weg. Het Boterpad bleef lange tijd in gebruik als voetpad naar Veghel.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog had Eerde zwaar te lijden bij de bevrijding van Zuid-Nederland in 1944. Eerde was onderdeel van het plan Operation Market Garden De omgeving van Eerde was aangewezen als landingsplaats voor het 2e en 3e bataljon van het 501ste Parachute Infantry (Geronimo) Regiment. Samen met het 1e bataljon, dat ten noorden van Veghel landde, moesten zij de befaamde corridor tussen Sint Oedenrode en Uden veroveren. In de corridor boven Eerde lagen de belangrijke bruggen in Veghel over de Zuid-Willemsvaart en de Aa. In korte tijd werd Eerde door de Amerikanen bezet. Een dag later vielen Duitse soldaten het dorp aan, vanuit de Eerdse Bergen en vanuit Schijndel via het Duits Lijntje. Het kwam tot heftige gevechten waarbij de kerk, de Eerdse molen en de Koeveringse molen ernstig beschadigd raakten. Eerde werd heroverd door de Duitsers en later weer door de Geallieerden. Uiteindelijk bleef Eerde op 26 september in Amerikaanse handen. Jaarlijks organiseert het Airborne Comité Eerde op 17 september een herdenking bij het Airborne monument aan het Zandvliet.
[bewerk] Landschappelijke ontwikkeling
Het landschap rond Eerde wordt getypeerd door enerzijds hoge, droge gronden ten westen van het dorp en de drassige lage gronden ten oosten van het dorp. De broeklanden werden grotendeels gevormd door het Veghels Broek of De Dubbelen. Deze oude gemeentegronden bestonden uit drassige heidevelden die eind 18e en begin 19e eeuw grotendeels ontgonnen werden. Ze werden grotendeels beplant met populieren, waardoor in Eerde het typische Meierijse Peppellandschap (Populierenlandschap) ontstond. Dit typerende landschap is grotendeels opgeofferd aan het gigantische industrieterrein De Dubbelen. Door uitbreiding van de industrie en door aanleg van de rijksweg A50 ligt Eerde momenteel aan Veghel vast. Het kerkdorp ligt ingeklemd tussen Enerzijds het uitdijende Veghel, anderzijds het uitdijende Schijndel. In overleg tussen deze twee gemeenten is momenteel besloten om het gebied rond Eerde tot recreatie-ontwikkelingsgebied te maken. Dit sluit aan bij het beter ontwikkelen en benuten van de Eerdse Bergen. Door intensief gebruik van de Schijndelse Heide ontstond het stuifzandcomplex Eerdse Bergen. De stuifzanden dreigden het dorp Eerde onder te stuiven, waardoor rond 1700 de zanden met eikenhout beplant werden. Hierdoor ontstonden de typerende stuifwallen van de Eerdse Bergen. De Eerdse Bergen zijn inmiddels grotendeels afgegraven, maar vormen door hun beplantingspatroon nog altijd een kenmerkend landschapselement. Nu zoekt men naar mogelijkheden om de Eerdse Bergen een intensievere recreatieve functie te geven.
[bewerk] Bezienswaardigheden
- Sint-Antoniusmolen of Eerdse molen uit 1883 die momenteel gerestaureerd wordt.
- Sint Antoniuskerk
- Kronkelacacia uit ongeveer 1880
- Airborne monument
- Monument voor de Koeveringse Molen
[bewerk] Externe links
- officiële website van de gemeente
- homepagina van Kuijsten met oude kaarten met daarop getekend de gemeentegrens
Gemeente Veghel | |
---|---|
Hoofdplaats: Veghel |