Client-servermodel

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Het client-servermodel is een model in de informatica en computertechniek voor de samenwerking tussen twee of meer programma's, die zich op verschillende computers kunnen bevinden. Kenmerkend voor de asymmetrie in het model is:

• de server is permanent beschikbaar en is reactief
• een client is bij gelegenheid actief en neemt het initiatief tot communicatie met de server

Een aantal voorbeelden van het client-servermodel zijn e-mail, het WWW, NFS, FTP, Telnet, SSH, online-FPS, betalingsverkeer en thin clients, maar er zijn natuurlijk nog veel meer.

Binnen de database-wereld wordt onderscheid gemaakt tussen fileserverdatabases en client/server-databases:

In een fileserverdatabase (bijv. Microsoft Access, e.a.) vinden de selecties plaats aan de gebruikerskant in plaats van aan de serverkant. De database stuurt de gehele tabel (of in ieder geval de index) via het netwerk naar de gebruiker. De applicatie van de gebruiker voert vervolgens de selectie uit.

Bij een client/server-database (bijv. Microsoft SQL Server, Oracle e.a.) vindt de selectie aan de serverkant plaats. Hierdoor worden alleen die gegevens naar de gebruiker gestuurd waar hij om gevraagd heeft. De hoeveelheid netwerkverkeer is hierdoor behoorlijk lager. Zeker bij grote hoeveelheden gegevens, veel transacties en gelijktijdige gebruikers levert dit grote voordelen op. De computer waarop de database draait is meestal uitgerust met krachtige hardware, om met een aanvaardbare responstijd aan een groot aantal verzoeken van vele clients te kunnen voldoen.

Veel client-serverrelaties werken met een verzoek om iets, en dat kan misbruikt worden. Dit heet ook wel een Distributed Denial of Service attack.