Nieuwenhagen
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Nieuwenhagen (Limburgs: Nujjenhage) is een dorpskern in de gemeente Landgraaf in Nederlands-Limburg. Het oorspronkelijke dorp Nieuwenhagen is tegenwoordig grotendeels in het stedelijk weefsel van de gemeente Landgraaf in Parkstad Limburg opgegaan. In het westen grenst Nieuwenhagen aan het uitgestrekte natuurgebied Brunssummerheide.
[bewerk] Geschiedenis
Door archeologische vondsten weet men dat zich reeds in de prehistorie mensen op het grondgebied van de voormalige gemeente Nieuwenhagen hebben opgehouden. Uit de Romeinse tijd zijn de locatie van minstens een villa en een graf van een welgestelde dame bekend. Of en waar de bekende Via Belgica over Nieuwenhaags grondgebied heeft gelopen is tot nu toe giswerk. Zeker is in ieder geval dat de Romeinse weg bij Rimburg de Worm over stak. Aan de hand van opgegraven pottenbakkersovens weten we dat ook in de elfde en twaalfde eeuw hier mensen gewoond en gewerkt hebben. Het dorp is langzaam in de loop der eeuwen rond de zogenaamde Vaechshof (Voogdshof) ontstaan. Eerst in de 14de eeuw is sprake van een hoeve in Nieuwenhagen. Hoe het dorp aan zijn naam is gekomen is tot nu toe niet duidelijk omdat de eerste vermeldingen van Nieuwenhagen in de 13de eeuw een persoon (ministeriaal in het gevolg van Lotharius van Ahre) betroffen en geen eigendom of dorp. en mogelijke verklaring voor het ontstaan van de naam Nieuwenhagen is de volgende.
Het begin van de nederzetting die in de loop der tijden uitgegroeid is tot het dorp Nieuwenhagen moeten we, naar de naam te oordelen, plaatsen omstreeks het jaar 1000. In die tijd werden ook de minder gunstig gelegen gebieden voor landbouw in gebruik genomen. Door het ontbreken van bronnen en beken, behoorde het plateau waarop Nieuwenhagen ligt, tot die streken. Het eerste lid van de naam Nieuwenhagen (nieuw) wijst erop dat er een oudere nederzetting is of geweest is die Haag of Hagen heette. De nederzetting, die op de plaats van of in de nabijheid van de oorspronkelijke nederzetting ontstond, werd Nieuw of Nieuwhagen genoemd. Het woord "Haag" betekent heg en duidde ook een plaats aan, die voor de veiligheid met een haag was omgeven, dus een versterkte plaats. Als de naam Nieuwenhagen voor het eerst in een document vermeld wordt in 1213, maakte het grondgebied der tegenwoordige gemeente deel uit van de hoofdbank Heerlen. Van het huidige Zuid-Limburg zijn de grenzen tussen de Staten-Generaal en het koninkrijk Spanje pas dertien jaar na het einde van de Tachtigjarige Oorlog (1568 - 1648) duidelijk getrokken.
Als gevolg van het zogenaamde Partagetractaat maakte Nieuwenhagen deel uit van de Republiek der Verenigde Nederlanden, om precies te zijn van de zo genoemde Generaliteitslanden. In tegenstelling tot wat algemeen wordt aangenomen was Nieuwenhagen in die dagen geen Staatse enclave in de juiste zin van het woord in Spaans gebied. Via het Staatse gedeelte van de Brunssummerheide (in het noorden) of het gebied van Strijthagen en de Overste Hof in het zuid-oosten kon men in principe Heerlen-Dorp bereiken zonder voet op Spaanse of later Oostenrijkse bodem te hoeven zetten. In tegenstelling tot het hier eerder gestelde werd de Pasweg niet tussen het Spaanse Schaesberg en Spaanse Overworms kwartier van Ubach over het grondgebied van het Staats Nieuwenhagen aangelegd. Sinds het Partagetractaat konden de Nederlandse handelaren vanuit Maastricht ongestoord Heerlen bereiken, maar stuitten daarna op de Spanjaarden in de heerlijkheid Schaesberg. Het laatste gedeelte werd door de Staten-Generaal van het hoogste belang geacht en zo ontstond de Pasweg. Opmerkelijk is verder nog dat de Pasweg met aan weerszijden een strook land van 4 meter en 80 centimeter Staats territorium werd dat de Spaanse heerlijkheid Schaesberg in tweeën deelde.
In 1802 werd Nieuwenhagen een zelfstandige gemeente. Van 1830 tot 1839 maakte Nieuwenhagen, zoals de meeste andere Zuid-Limburgse gemeenten deel uit van België. Sinds 1982 vormt het samen met Schaesberg en Ubach over Worms de gemeente Landgraaf.
[bewerk] Het Spaans Kerkje dat nooit Spaans was
Na de Tachtigjarige oorlog was het in het huidige Zuid-Limburg nog steeds onrustig. Bij de Vrede van Münster in 1648 waren de Republiek en Spanje het niet eens geworden over de toewijzing van de drie Landen van Overmaas (Dahlem, Valkenburg en des Hertogenrade). De Republiek ging van het principe uit dat wie in het bezit van de hoofdplaats was ook automatisch het bijbehorende land kreeg toegewezen en maakte aldus aanspraak op de drie "landjes". Spanje daarentegen bezette de hoofdplaats van het hertogdom Limbourg en gebruikte dit om hun argumenten kracht bij te zetten. Intimidaties op velerlei gebied waren schering en inslag. Eerst door het Partagetractaat in 1661/62 kwam er "licht" in de duisternis. Zowel Dahlem, Valkenburg als des Hertogenrade werden in zowel in een Staats als in een Spaans partage verdeeld. Daarentegen bleef het hertogdom Limbourg onverdeeld aan de Spaanse Habsburgers. Nadat aan het begin van de 18de eeuw de mannelijke lijn der Spaanse Habsburgers uitstierf brak de Spaanse successieoorlog uit. Bij de vrede van Utrecht werd de oorlog in 1713 beëindigd en kwamen de Spaanse Nederlanden in handen van de Oostenrijkse Habsburgers.
Nieuwenhagen was al sinds de Middeleeuwen een onderdeel van de (hoofd)schepenbank Heerlen en sinds 1661/62 een deel van het Staatse partage van het Land van Valkenburg. De aangrenzende dorpen behoorden zowel in 1661/62 als 1713 tot een katholiek partage of zoals Eygelshoven tot het Gulikse Landje Terheijden. In tegenstelling tot wat men op deze plaats tot 26-11-2007 kon lezen maakte de voormalige gemeente Nieuwenhagen op wereldlijk gebied van 1661/62 tot 1794 steeds deel uit van de protestantsbestuurde Generaliteitslanden. Kerkelijk was men voor dopen, huwen en begraven tot 1802 aangewezen op de parochiekerk van St. Pancratius in Heerlen-Dorp. In 1735 overleed de vrijgezel Jan Flecken. In zijn laatste wil beschikte hij dat een deel van zijn erfenis gebruikt moest worden voor de bouw van een kapel in Nieuwenhagen. Hoewel de Staten-Generaal op dat moment het uitoefenen van de katholieke religie toeliet, was de bouw van nieuwe kerkgebouwen en kapellen op haar grondgebied verboden. Uiteindelijk bracht Areth Hanssens de oplossing door een gedeelte van een grondstuk op het grondgebied van het "Overworms kwartier" van de schepenbank Ubach (katholiek partage van des Hertogenrade) voor de bouw van een kapel af te staan. Zijn eigendom in de Oostenrijkse Nederlanden werd door de huidige Rötscherweg gescheiden van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. In de volksmond werd en wordt deze omgeving nog steeds "Spaans Kentje" genoemd, hoewel de Oostenrijkers ruim 20 jaar eerder de plaats van de Spanjaarden hadden ingenomen.
Omdat Nieuwenhagen wereldlijk grondgebied van de Republiek was en kerkelijk in het bisdom Roermond gelegen, moest keizer Karel VI als opperste landheer van Ubach en de bisschop van Luik, waartoe Ubach als onderdeel van de parochie Eygelshoven kerkelijk behoorde, toestemming tot de bouw verlenen. Uiteindelijk kwam de kapel in 1745/46 op een stuk grond van maximaal 12 bij 12 meter gereed. In tegenstelling tot de fraaie beschrijving die hier eerder te lezen was, weet men tot nu toe niet hoe de kapel er gedurende de 18de eeuw heeft uitgezien. Tot nu toe kent men geen enkele afbeelding. Na een eerste verbouwing in 1790, werd de kapel in de jaren 30 en 40 van de 19de eeuw geheel opgeslokt door nieuwbouw conform de eerdere beschrijving. Dus eerst 100 jaar na de bouw van de kapel ontstond de eerste Nieuwenhaagse parochiekerk met het volgende aangezicht: het is een relatief eenvoudig bakstenen gebouw uit de achttiende eeuw met aan de voorgevel vier ionische pilasters die een eenvoudige fries met daarboven een timpaan in natuursteen dragen. Op het dak staat sinds de restauratie in de jaren tachtig van de 20e eeuw weer een kleine houten dakruiter. Maar de laatste regel sloeg weer als een tang op een varken want het kerkje heeft nooit en ten nimmer op het grondgebied van de voormalige gemeente Nieuwenhagen gestaan. Deze bijzonderheid haalde G.M. Poell in 1851 in zijn Beschrijving van het Hertogdom Limburg aan toen hij schreef: "De kerk is in 1840 geheel vernieuwd, en op het grondgebied van Ubach-over-Worms gebouwd, hetwelk opmerking verdient."
[bewerk] Externe links
Gemeente Landgraaf | |
---|---|
Dorpen: Nieuwenhagen | Rimburg | Schaesberg | Waubach Woonwijken: Abdissenbosch | Eikske | Groenstraat | Heiveld | Hoefveld | Kakert | Lauradorp | Leenhof | Nieuwenhagerheide | Oude Heide |