Langstraat (Noord-Brabant)
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
De Langstraat is een streek in de Nederlandse provincie Noord-Brabant, die eeuwenlang het centrum vormde van de Nederlandse schoen- en lederproductie. Het hart van de Langstraat is het stadje Waalwijk, waar ook het Nederlands Leder en Schoenen Museum is gevestigd. Het is een tamelijk groot gebied dat grofweg ligt tussen Geertruidenberg en 's-Hertogenbosch.
Ter herinnering aan de rijke geschiedenis van de Langstraat wordt ook elk jaar de 80 van de Langstraat gelopen. Deze wandeltocht is een zogenaamde Kennedymars met een lengte van 80 km. De tocht dient binnen 20 uur, wandelend of marcherend, te worden afgelegd. Hardlopen is niet toegestaan, snelwandelen mag wel.
[bewerk] Geschiedenis
De leer- en schoennijverheid in de Langstraat kende grote bloeiperioden, met name in het begin van de 19e eeuw, maar ook diepe dalen. De oprichting van de E.E.G. leidde vanaf eind jaren '50 de neergang van deze industrie in. Echter, in het jaar 1965 heeft de Nederlandse schoenindustrie nog de laatste stijging in aantal paren gekend. Sindsdien is de neergang van het aantal Nederlandse schoenfabrieken onophoudelijk. Het aantal looierijen en bedrijven in de toelevering zoals fournituren, garen, zolen en machines zijn hierin meegetrokken. In de Langstraat is nu ook nauwelijks nog sprake van een schoenindustrie, tegenwoordig ligt de nadruk op de schoenenhandel. Waalwijk kent inmiddels, door de transformatie van activiteiten, wel de grootste concentratie van schoenhandelsbedrijven van Europa. Daarnaast worden Nederlandse schoenontwerpers zoals Jan Jansen nog steeds internationaal gewaardeerd.
De Langstraat is wel nog steeds het belangrijkste leercentrum van Nederland. Dat komt vooral doordat het gunstig is gelegen aan de rand van een bos, met voldoende water in de buurt, waardoor het heel geschikt was voor leerlooien. De huiden moesten namelijk worden bewerkt in een loogbad waar gemalen eikeboomschors aan was toegevoegd (eeklooistof). Daarna werden er vooral schoenen en portemonnees van gemaakt, wat grotendeels handwerk was.
Een schoenmaker was een echte vakman die alles wist van het schoenproductieproces, maar geen kaas had gegeten van podologie (voetkunde). Pas vanaf 1870 werden aparte leesten gemaakt voor linker- en rechterschoenen. Misschien was het een kwestie van geld dat de vinding zo lang op zich liet wachten, want voor elk model en maat schoen is een aparte leest nodig. Aparte linker- en rechterschoenen betekende dus een verdubbeling van het aantal leesten. Door de uitvinding van zware naaimachines kon in de loop van de negentiende eeuw meer en goedkoper worden geproduceerd, waardoor die investering de moeite waard werd.
In de lijst van Nederlandse schoenfabrieken is te zien hoeveel schoenfabrieken er ooit in Nederland zijn geweest. Na de Eerste Wereldoorlog kreeg de Nederlandse schoenenindustrie steeds meer concurrentie uit het buitenland, waardoor het aantal fabrieken geleidelijk terugliep. Anno 1960 waren er nog 227, in 2001 zijn dat er nog maar een stuk of twintig. Deze hebben zich vooral gespecialiseerd in kinderschoenen, gemaksschoenen voor dames of klassieke herenschoenen. Bekende merken zijn Van Bommel en Van Lier. Schoenfabriek H. Greve B.V. uit Waalwijk is de enige overgebleven ambachtelijke schoenfabriek in de Langstraat, bekend om zijn handgemaakte maatschoenen en serieproductie.
[bewerk] Spoorlijn
In de periode 1886-1890 werd de spoorlijn Lage Zwaluwe - 's-Hertogenbosch aangelegd. Deze spoorlijn, officieel Langstraatspoorlijn genoemd, stond in spoorwegkringen bekend als de halve-zolen lijn, vanwege de vele schoenfabrieken aan het tracé. Schoenverkopers gingen met het halve-zolenlijntje naar 's-Hertogenbosch, en van daaruit verder het land in. In de bagage had men dan de schoenmodellen, die men probeerde aan de man te brengen.
In deze lijn lag de 600 meter lange Moerputtenbrug, die sinds oktober 2006 dienst doet als voetgangersbrug door het natuurgebied. Andere delen van de spoorlijn zijn in de vroege jaren '80 van de 20e eeuw afgebroken en vervangen door een fietspad.