John B. Connally
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
John Bowden Connally (Floresville, 27 februari 1917 - Houston, 15 juni 1993) was een Amerikaans politicus. Hij geniet vooral bekendheid vanwege het feit dat hij op 22 november 1963 in Dallas in dezelfde auto zat als president John F. Kennedy, toen deze werd vermoord.
Conally studeerde rechten in Texas en diende tijdens de Tweede wereldoorlog in de marine. Na de oorlog vestigde hij zich als advocaat. Al snel werd hij de assistent van Lyndon B. Johnson, die toen Democratisch lid was het Congres. Hij was campagneleider van Johnson toen deze zich in 1948 verkiesbaar stelde voor de Senaat.
In 1960 leidde hij de campagne die Johnson de democratische nominatie voor het presidentschap zou moeten opleveren. Die nominatie ging evenwel naar Kennedy, die Johnson vroeg zijn vice-presidentskandidaat te zijn. Nadat Kennedy de verkiezingen had gewonnen, werd Conally op voorspraak van Johnson benoemd tot staatssecretaris voor Marine in de regering van Kennedy.
In 1961 trad hij als zodanig terug om zich verkiesbaar te stellen voor het Gouverneurschap van Texas. Conally presenteerde zich tijdens de campagne als conservatief democraat en won de verkiezingen. Hij werd nog twee keer herkozen.
Tijdens de rijtoer van president Kennedy zat de gouverneur voor in diens auto. Bij de moordaanslag raakte hijzelf ook ernstig gewond. Een kogel kwam via zijn schouder eerst in zijn pols en daarna in zijn dijbeen terecht. Dit was de tweede kogel die werd afgevuurd, bijna vijf seconden voordat het fatale schot Kennedy raakte. De tweede kogel staat ook bekend als de Magic Bullet omdat deze voordat hij Conally raakte eerst door de nek van President Kennendy zou zijn gegaan, om via zijn hals uit te komen bij de schouder van Conally, waar die daarna het bovenbeschreven traject zou hebben afgelegd. Dit werd lange tijd voor onmogelijk gehouden en speelde een rol in speculaties over de toedracht tot de moord. Volgens een recent gemaakte computeranimatie behoort de single bullet-theorie wel degelijk tot de mogelijkheden: deze kogel zou dan van achter en boven Kennedy zijn afgevuurd.[1]
In 1971 werd Conally, toen nog lid van de Democratische Partij, door Nixon benoemd tot Minister van Financiën. In 1973 stapte Conally over naar de Republikeinen. Hij deed in 1980 een vergeefse gooi naar de Republikeinse kandidatuur voor het presidentschap.
In 1986 moest Conally een faillisement aanvragen na een groot aantal zakelijke verliezen. In 1990 was hij een van de twee Amerikanen die met Saddam Hoessein onderhandelden over de vrijlating van Amerikaanse gijzelaars.
