Geheime Raad
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
De Geheime Raad was een dagelijks vergaderend adviescollege van de landsheer en was belast met het juridisch toezicht en met wetgevende en administratieve taken in de Nederlanden. Ook functioneerde het als Hooggerechtshof.
De raad werd opgericht door Karel V. Hij wilde het bestuur van de Habsburgse Nederlanden centraliseren. Karel V kon zijn gebieden alleen maar goed besturen en onder controle houden als hij over gecentraliseerde bestuurlijke instellingen beschikte. Daarom werden op 1 oktober 1531 de Collaterale Raden opgericht. Deze bestonden naast de Geheime Raad uit de Raad van State en de Raad van Financiën. Zij kwamen voort uit de Grote Raad van Mechelen (1504) van de Bourgondische hertogen.
De Geheime Raad bestond geheel uit juristen. De taak van deze raad lag op de uitvoering van de centrale politiek, niet op dat van de beleidsbepaling. Er werd dagelijks vergaderd over het opstellen van teksten voor centrale wetten en verordeningen en over de controle op de naleving daarvan. De landvoogd raadpleegde deze raad voor het verlenen van privileges of bij gratieverzoeken. Ook hield deze raad toezicht op de werkzaamheden van provinciale en lokale instellingen en deed voorstellen voor de benoemingen van functionarissen.
De Geheime Raad werd in 1702 afgeschaft door Filips V, maar de landvoogdes van de Oostenrijkse Nederlanden, Maria Elisabeth, herstelde de raad in 1725 in ere. In 1787 werd de raad weer afgeschaft door de Oostenrijkse keizer Jozef II. Vier jaar later werd de Geheime Raad weer opgericht, om in 1794 definitief te verdwijnen.