Eumalacostraca
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Eumalacostraca | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
De grijze zwemkrab (Liocarcinus vernalis). |
|||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||
|
|||||||||
Onderklasse | |||||||||
Eumalacostraca Grobben, 1892 |
De Eumalacostraca zijn de voornaamste onderklasse van de Malacostraca. Er zijn ongeveer 22.000 beschreven soorten.
[bewerk] Beschrijving
Eumalacostraca bezitten 19 segmenten, verdeeld in 5 kopsegmenten, 8 thoracale segmenten en 6 abdominale segmenten. De thoracale extremiteiten zijn geleed en worden als loop- of zwempoten gebruikt. De oorspronkelijke voorouder van de Eumalacostraca bezat waarschijnlijk een carapax zoals de meeste huidige vertegenwoordigers van deze groep.
[bewerk] Taxonomie
Martin and Davis beschreven in hun classificatie van de Crustacea in 2001, drie superordes en 14 recente ordes binnen de Eumalacostraca.
Onderklasse Eumalacostraca Grobben, 1892
- †Superorde Eocarida Brooks (1962)
- †Orde Eocaridacea Sepkoski (2002)
- †Orde Pygocephalomorpha Taylor et al. (1998)
- Superorde Syncarida Packard, 1885
- †Orde Palaeocaridacea Brooks (1962)
- Orde Bathynellacea Chappuis, 1915
- Orde Anaspidacea Calman, 1904 (met inbegrip van de Stygocaridacea)
- Superorde Peracarida Calman, 1904
- Orde Spelaeogriphacea Gordon, 1957
- Orde Thermosbaenacea Monod, 1927 (bronkreeftjes)
- Orde Lophogastrida Sars, 1870
- Orde Mysida Haworth, 1825 (aasgarnalen)
- Orde Mictacea Bowman, Garner, Hessler, Iliffe & Sanders, 1985
- Orde Amphipoda Latreille, 1816 (vlokreeftjes)
- Orde Isopoda Latreille, 1817 (pissebedden)
- Orde Tanaidacea Dana, 1849 (naaldkreeftjes)
- Orde Cumacea Krøyer, 1846 (zeekomma's)
- Superorde Eucarida Calman, 1904
- Orde Euphausiacea Dana, 1852 (krill)
- Orde Amphionidacea Williamson, 1973
- Orde Decapoda Latreille, 1802 (krabben, kreeften, garnalen)
[bewerk] Referenties
- J.W. Martin & G.E. Davis, (2001). An Updated Classification of the Recent Crustacea.
- C. Grobben, (1892). Zur Kenntnis des Stammbaumes und des Systems der Crustaceen. Sitzber. K. Akad. Wiss., Vienna, Math. Nat. Cl. 101: 237–274.