Elsenborn
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
|
|
|
|
Provincie | Luik |
Gemeente | Bütgenbach |
Coördinaten | 50°28'N 6°13'E |
|
|
Inwoners | 950 |
Hoogte | 635 m |
|
|
Postcode | 4750 |
Netnummer | 080 |
|
Elsenborn is een dorp in de gemeente Bütgenbach in de Belgische Oostkantons met ongeveer 950 inwoners. Het is vooral bekend vanwege het "kamp van Elsenborn", een uitgestrekte kazerne van het Belgisch leger op drie kilometer van het dorp.
Dit is een van de hoogst gelegen dorpen in België; het hoogste punt van de gemeente bevindt zich op 635 m boven zeeniveau. Het dorp ligt in een bosrijke omgeving. Noordoostelijk van het dorp bevindt zich het natuurreservaat Schwalmbachtal. De gemeente heeft ook een uitgebreid net van wandelwegen en - in het seizoen - van langlaufpistes.
[bewerk] Kamp Elsenborn
Het dorp en zijn naaste omgeving kwamen pas echt tot leven aan het eind van de negentiende eeuw, dankzij de spoorweg en het militaire kamp. Vanaf 1894 werd kamp Elsenborn militair gebruikt, eerst als tentenkamp, maar al snel werden gebouwen opgetrokken. Rond 1901 kon het kamp 4000 à 5000 manschappen herbergen en werd het gebruikt voor het trainen van de infanterie, cavalerie en artillerie. Het zorgt, samen met de spoorweg, voor bedrijvigheid in de regio.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd het kamp omgevormd tot opleidingscentrum en interneringscentrum voor Poolse en Russische gevangenen die onder andere werden ingezet om spoorbanen te bouwen. Ook werd het gebruikt als artillerie-opslagplaats.
Volgens de afspraken in het Verdrag van Versailles, namen de Belgen begin 1920 weer hun intrek in het kamp. Rond 1923 bezochten zoveel troepen het kamp, dat een deel van de bezoekers en hun paarden buiten het kamp moesten worden gehuisvest, bij het dorp Elsenborn. Het kamp werd in deze tijd voornamelijk gebruikt door de artillerie.
Voor de Tweede Wereldoorlog werd het grootste deel van het personeel van het kamp gemobiliseerd en werd het kamp verlaten. Bij de Duitse invasie op 10 mei 1940 werden alleen 13 man achterblijvend personeel gevangen genomen. Het kamp werd door de Duitsers opnieuw gebruikt als opleidingscentrum maar ook als werkkamp voor Poolse, Servische en later ook Russische gevangenen. Op 9 augustus 1944 werd het kamp gebombardeerd door de geallieerden waarbij ongeveer 200 doden vielen en ongeveer driekwart van de gebouwen werd verwoest. In september 1944 werd het kamp bezet door Amerikaanse troepen. Tijdens het Ardennenoffensief bleef het kamp in geallieerde handen.
Na de oorlog werd het kamp weer in gebruik genomen door de Belgen. In de loop van de jaren werd het weer opgebouwd. Bij het ontmijnen van het het oefenterrein vielen nog drie doden. In 1976 werden de bouwactiviteiten beëindigd.
In 1998 is op het kazerneterrein een museum opgericht, het Truschbaum Museum dat de geschiedenis van het kamp laat zien, maar ook veel aandacht besteedt aan het Ardennenoffensief, waaronder de mislukte poging van de Duitsers om via Elsenborn Ridge door te breken naar Luik. In 2002 werd het museum aanzienlijk vergroot.
Sinds 1991 wordt Elsenborn binnen de NAVO als multinationaal oefenterrein gebruikt.