Moedergodincultus
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
De Moedergodincultus is de algemene aanduiding voor cultussen rond een Moedergodin overal ter wereld, in alle tijden en culturen. Volgens historische en archeologische aanwijzingen gaat de cultus van de Moedergodin terug tot het Neolithicum. Volgens sommige bronnen zelfs tot het Paleolithicum. Kenmerkend voor deze cultus is de verering van een moederlijk opperwezen. Beschavingen waarin deze cultus centraal stond, waren doorgaans matriarchaal van aard. Nadien werden de meeste beschavingen patriarchaal van aard tot op de huidige dag.
Inhoud |
[bewerk] Naamgeving
De Moedergodin wordt, naargelang plaats en tijd, met een grote variatie van namen benoemd: Innin, Lilith, Ninlil, Inanna, HannaHanna, Nana, Neith, Nut, Anat, Anahita, Ishtar, Isis, Aset, Ishara, Asherah, Astarte, Ashtoreth, Attoret, Attar, Hathor
[bewerk] Verspreiding
Dergelijke cultussen konden in de Oudheid worden gevonden in Soemerië, Babylonië, Anatolië, Kanaän, het Oude Egypte, Afrika, Australië, China en Zuid-Amerika. Maar ook noordelijker in Europa zijn er aanwijzingen voor cultusplaatsen, zoals de overal gevonden figurines aantonen, waarvan de Venus van Laussel in de Dordogne zelfs tot het Pleistoceen teruggaat. Tot op de dag van vandaag zijn er moedergodincultussen in Azië, Afrika en Australië. In het algemeen gaan ze ook nu gepaard met een matriarchale inrichting van de samenleving, waar kennis en initiaties van moeder op dochter worden doorgegeven, evenals eigennamen (matrilinealiteit).
De Farao's van de 1e dynastie in het Oude Egypte noemden zich "afstammelingen van Isis". Er waren overigens ook vrouwelijke Farao's in dit op landbouw gerichte land.
[bewerk] Kenmerken
De cultus bevatte bepaalde hoogtepunten van publieke viering, gekoppeld aan de kalender, meer bepaald de cruciale momenten in de stand van de maan, de sterren en planeten. Maar daarenboven was er het continu instandhouden van kennis en kunde. Deze had dan in eerste instantie betrekking op vaardigheden zoals spinnen, weven, pottenbakken en de teelt van gewassen en kruiden, maar ook hoe daarmee om te gaan voor het behoud en herstel van de gezondheid. Dit alles was sedert het stenen tijdperk het initiatief en het domein van moeder de vrouw. Zelfs het eerste schrift zou door haar zijn ontstaan bij het aanbrengen van herkenningstekens op potten in klei. Ook het bestuderen van de luchtgesteldheid en van de hemel ter wille van het bepalen van de juiste momenten voor het zaaien en oogsten, was oorspronkelijk een vrouwenzaak. In het Oude Egypte bijvoorbeeld waren de observatoria aan de tempel van de godin gekoppeld. Ook sanatoria met bijbehorende kruidentuin waren er ontworpen in de nabijheid van de tempel van een godin (zoals de Tempel van Hatsjepsoet), inclusief de installaties voor warme baden en kruidenbaden.
Zoals eerder opgemerkt, het maatschappelijke kenmerk van de Moedergodincultus is dat samenlevingen die hierdoor in sterke mate worden bepaald, ook doorgaans matriarchaal van aard zijn. Ditzelfde principe ziet men overigens in omgekeerde richting eveneens aan het werk: waar een Vadergod als opperwezen wordt vereerd, is de samenleving overwegend patriarchaal ingericht.
Deze cultus is uiteraard sterk geaxeerd op vruchtbaarheid en bevat meestal een aantal specifieke vruchtbaarheidsrituelen, waar zowel mannen als vrouwen bij betrokken worden. Bepaalde gebruiken, zoals de hiëros gamos (de rituele huwelijksdaad), vormen daarin een onmisbare schakel.
[bewerk] Typische locaties voor de cultus
Moedergodincultussen worden gecentreerd rond typische locaties. Deze staan in verband met:
- Bronnen
- Rivieren
- Heuvels
- Wouden
- Grotten
- Zwarte stenen (meteorieten)
Waar een combinatie van twee of meer dergelijke gegevens voorkomt is er des te meer aanleiding voor dergelijke cultusplaatsen.
[bewerk] Waterbronnen
Als symbool is een bron van zuiver water een zeer geschikte weergave van de idee dat de Moedergodin de onuitputtelijke bron van alle leven is. Zij zorgt voor de groei van gewassen en dieren, en levert daarmee drank en voedsel en rijkdommen voor de mens. Dit levend water is ook voor de mens zelf rechtstreeks levensnoodzakelijk. Heilige bronnen werden dus vaak vereerd, en dan kwam er meestal ook een tempel bij. Op bepaalde plaatsen werd een waar sanatorium, kuuroord of 'spa' ingericht onder leiding van de priesteressen, die voldoende kennis en kunde hadden op gebied van gezondheidszorg, gebruik en werking van kruiden, balsems enzovoort. Een dergelijk tempelcomplex is in Thebe gevonden met sporen van thermische baden. Een voorbeeld van een bron waaraan een cultus van de moedergodin was verbonden is de Kallichoros-bron in Eleusis, volgens de overlevering de plek waar Demeter (letterlijk goddelijke moeder) rustte en zich opfriste.
[bewerk] Rivieren
Veel rivieren in de antieke oudheid zijn aan een (rivier)godin gewijd of worden als vrouwelijk gezien. Zo draagt de inmiddels verdwenen Sarasvatirivier uit de antieke Indusbeschaving dezelfde naam als de godin Sarasvati. Deze Moedergodin werd ook als de bron van alle kennis en wijsheid, van poëzie en muziek beschouwd, die aan de basis van de beschaving liggen. Rivieren worden ook omwille van hun vruchtbaarheid vereerd, zoals de Nijl in het Oude Egypte. In latere tijden 'verwatert' de Moedergodin tot de aanwezigheid van waternimfen, al werden dergelijke natuurgeesten ook vaak als haar leger van medewerkers gezien.
[bewerk] Bergen
De Anatolische cultus van Cybele werd tot in de 20e eeuw in het geheim voortgezet op bergtoppen. Onder de riten: "primitieve gebruiken" van de Anatolische religie, waarvan bepaalde tot op vandaag zijn voortgezet, ondanks Christendom en Islam. Zoals de Kazil-Bash landbouwers vandaag, kwamen de bewoners van het Anatolisch schiereiland tezamen op de met hout begroeide bergtoppen waar geen bijl deze had ontheiligd, en vierden er hun feestdagen.[1]
Het Latijnse woord 'mons' betekent zowel berg als vrouwelijke genitaliën.[2] Het Franse mont, montagne, het Engelse mount en mountain zijn van dit Latijnse woord mons afgeleid. Bergen werden begrijpelijk als kenmerken van moeder aarde beschouwd.
De hoogste berg ter wereld heet Chomo Lung Ma en is vrouwelijk. De naam betekent 'Moedergodin van de kosmos' en wordt in het westen Mount Everest genoemd. Deze maakt deel uit van een drietal, met de Annapurna ('Overvloeiende borst')[3] en de Nanda Devi ('Gezegende Godin'), moeder van de riviergodin Ganga. Het zijn enkele 'Oermoeders' van de Himalaya (Hemelbergen). Ook in de noordelijke Europese mythologie heette het godenverblijf Himinbjorg ('Hemelberg')[4] waar de goden op de schoot van de Grote Moeder leefden.[5]
Met sneeuw bedekte borstenvormige bergen werden als de locatie gezien vanwaar de godin haar blanke melk vanuit de hemel als gletsjerwater naar het land liet stromen om dit te voeden. Gletsjerwater is vaak melkachtig wit.
Een heel oude Dravidische vorm van een bergmoedergodin was Hariti, die vijfhonderd bovennatuurlijke wezens tegelijk zoogde.[6] De symboliek van 'de goden op haar schoot' is eveneens aanwezig in vroege afbeeldingen van de Egyptische godin Isis, wier embleem en hiëroglief "de troon" is, de Mu'at. Zij wordt afgebeeld met de god Horus op haar schoot die zij de borst geeft.
In de Indiase mythologie wordt de oorspronkelijke wereld waar het pantheon huist Meruberg genoemd of Sumeru ('Goede berg'), en is "in het noorden gelegen", wat zou wijzen op een archaïsche connectie tussen Indusbeschaving en Sumerische beschaving.[7] Deze berg produceerde vier stromen gletsjerwater en werd later aan de oorspronkelijk tweeslachtige Shivagod gewijd, die de val van de Gangastroom op de aarde met zijn haar milderde. Ook de oude Chinezen localiseerden hun Berg van het Paradijs in het westen, in de richting van Sumerië.
Volgens de Iraanse mythologie stond de 'Hemelse Moeder van de Berg' in het centrum van de wereld en werd Haraïti genoemd. Later heerste de Perzische god Ahura Mazda vanaf een gloeiend paleis boven op de Berg Hara (afgeleid van Hariti)[8] In het Hebreeuws betekende hara tegelijk 'berg' en 'drachtige buik'.[9]
Men beschouwde de berg ook als de plaats vanwaar wedergeboorte kon plaats vinden na de dood, want daar waren de ingewanden der aarde. De doden werden er dan ook bij voorkeur in begraven, om hun kans op wedergeboorte te verzekeren. Volgens de Veda huist de god van de dood Yama temidden de oeroceaan in haar hoogste hemel, op de Navel van de Wateren, daar waar materie het eerst vorm aanneemt.[10] De 'zeven hemelen' waren volgens het archaïsch geloof als zeven concentrische sferen in elkaar geplaatst, vormden aldus een berg aan de bovenzijde met daaronder een tegengesteld systeem van onderwerelden.
De Japanse mythologie combineerde Yama met de bergmoeder Fuji, de vrouwelijke voorouder, en noemde de magische berg Fujiyama.[11]
Waar deze cultus in vlak land of valleien werd meegenomen, werden Sumerische ziggurats, Egyptische piramiden, Minoïsche tolossen, Keltische tumuli en Boedhistische stupa's zichtbare herinneringen aan de moederberg. Een stupa bevatte een klein boeddhabeeld, en werd vaak met een moederbuik vergeleken[12]
[bewerk] Wouden en sacrale bomen
Er werden niet alleen bepaalde individuele boomheiligdommen aan de Moedergodin toegewijd, waarin zij werd vereerd als vruchtdragende wereldboom, zoals Yggdrasil (die als de vrouwelijke kracht van de oppergod Odin werd gezien). Ook hele wouden werden aan de Godin toegewijd, zoals te zien is op een reliëf op de Vaas van Uruk uit Mesopotamië. Daar zijn dienaren afgebeeld die de godin allerlei gaven brengen, en op een volgend niveau staan wouden afgebeeld die haar waren toegewijd, samen met herten. Veel geheime cultussen hadden plaats in de wouden, zoals de Dionysoscultus, de god van de wijn, die oorspronkelijk van een godin was afgeleid. De verschijningen van een Moedergodin gebeurden vaak ook in bomen. In het Oude Egypte had koningin Hatsjepsoet I haar tempel ter ere van de Moedergodin laten omringen door een kunstmatig aangelegd woud.
[bewerk] Grotten
De associatie met grotten is voor de hand liggend als symbool van baarmoeder en vagina van Moeder Aarde, maar men moet ook niet vergeten dat mensen zeer lang grotten als schuiloord, verzamelplaats, begraafplaats en opslagruimte voor zaaizaad en proviand hebben gebruikt. In de Dordogne in Frankrijk is de Venus van Laussel aan de ingang van een neolithische grot gevonden, waarvan men vermoedt dat ze als initiatieruimte voor jonge vrouwen diende. In Cappadocië worden tot op vandaag grotten nog gebruikt voor het opslaan van gewassen, graan en fruit, omdat er een constante gunstige temperatuur voor bewaring heerst. Daar zijn ook onderaardse steden tot 80-100 meter diep onder de grond, waar duizenden mensen konden schuilen voor vijandige invallen. Maar men denkt dat hun oorspronkelijke functie die van graanopslagplaatsen was, die door smalle schachten met elkaar zijn verbonden tot een labyrinth. Grote rolstenen sluiten de toegang tot de ondergrondse kamers af. In Oekraïne, lang de graanschuur van Europa is het Holenklooster van Kiev op dergelijk ondergronds gangenstelsel gebouwd. Men heeft ook elders, bijvoorbeeld in Italië, Duitsland, Lybië en Spanje, vergelijkbare ondergrondse graanopslagplaatsen gevonden. En in Eleusis, centrum van de Demetercultus kwamen de eerste ladingen graan jaarlijks toe vanuit het Oude Griekenland, waar ze werden bewaard tot de herfst en dan als zaaizaad verdeeld en verkocht. In het Latijn heetten dergelijke opslagplaatsen puteus (putten of bronnen). Het graan kon er een eeuw liggen zonder te bederven. Het is bekend dat niet alleen in de vroege matriarchale samenlevingen de vrouwen de uitvindsters van de landbouw waren, maar dat zij bijgevolg ook het beheer van de oogsten en de verdeling van het zaaigoed garandeerden. De grotten brachten dus letterlijk het graan ter wereld.
[bewerk] Zwarte stenen
Opvallende cultusplaatsen zijn ook deze die met een zwarte steen zijn geassocieerd. Dit zijn meteorieten en ze komen uit de wijde donkere ruimte vandaan, die met de Moedergodin wordt geassocieerd, omdat al het bestaande eruit voortkomt zoals het zaad kiemt in de donkere aarde.
Bij het Sumela-klooster aan de Zwarte Zee bevindt zich een bron bij een zwarte steen, waar het water voortdurend uitdruppelt. De naam van het klooster is afgeleid van het Griekse μελας (melas) dat zwart betekent. De monniken hadden inkomsten van de verkoop van Maria-iconen. Houten beelden van de Moedergodin werden ook in Efeze door de priesteressen van de Tempel van Artemis in Efeze verkocht als votiefoffers. Dergelijke (goedkopere) houten beeldjes moesten voortdurend geölied worden, zodat zij op den duur donker bruin tot helemaal zwart werden, mede ook door de kaarsroet. Dit was een mogelijke associatie met de zwarte steen.
Maar ook het feit dat het om meteorieten ging, die vanuit de duistere diepte van de kosmos op aarde waren aangekomen als een teken van de godin die over deze oerruimte heerste. Zo werd een van de oudste afbeeldingen van Cybele in Anatolië gemaakt in de vorm van meteorieten. In de Pessinus, het centrum van de cultus van Cybele in Phrygië stond een zwarte meteoriet in het centrum van de verering. En de al-Hajar-ul-Aswad in Mekka is een zwarte meteoriet ingemetseld in een buitenhoek van de Ka'aba. Deze sacrale meteoriet uit pre-islamitische tijden wordt nog altijd vereerd door bedevaartgangers die, zevenmaal tegen de klok in, eromheen lopen tijdens die bedevaart.
Heel wat Zwarte Madonna's zouden eveneens verklaard worden uit enerzijds de donkerhouten beelden en anderzijds de zwarte meteorieten die met de Moedergodincultus gepaard gaan.
[bewerk] Relicten
Kenmerkende relicten uit de Moedergodincultus zijn bijvoorbeeld de talloze beeldjes van vrouwen met geprononceerde vruchtbaarheidssymbolen die overal ter wereld zijn gevonden. Vaak zijn ze stuk geslagen. In de Gravettie-Aurignac cultuur gaan deze terug tot de laat-Paleolithische tijd, met een spreiding over een gebied van Spanje, Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk, Tsjechië, Slowakije en Rusland. Sommige dateren uit 25.000 v.Chr. Ze zijn meestal uit steen, been, klei en soms ook ivoor. Bovendien heeft men talloze van dergelijke beeldjes gevonden in de Indusvallei, daterend uit de tijd van de vroegste Indusbeschaving. Hier worden ze vaak met het hoofd van een vogel afgebeeld, ten teken van hemelse verbondenheid. Ook in Anatolië, Mesopotamië en het Nabije Oosten zijn er vindplaatsen.
[bewerk] Zie ook
[bewerk] Externe links
- Goddess Worship - ReligiousTolerance.org
- "The Goddess Remembered":
- interview van Marija Gimbutas over Moedergodincultus
- Le temple sacré de la déesse
- site francophone du Culte de la Déesse
- L.E. Talalay, recensie van M. Gimbutas, The Living Goddesses, Berkeley, 1999, in Bryn Mawr Classical Review 10 (1999). (kritische recensie van Gimbutas' postume werk)
Bronnen, noten en/of referenties: |
Literatuur
|