Kárahnjúkavirkjun
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Kárahnjúkavirkjun is een waterkrachtcentrale in aanbouw in het oosten van IJsland. De stroom zal gebruikt worden voor de nieuwe Fjarðaál aluminiumsmelter in Reyðarfjörður.
Voor de centrale worden twee riveren afgedamd om het Hálslón-reservoir te vormen. Dit reservoir zal een oppervlakte van 57 km² hebben en het mogelijk maken een maximale waterstroom van 110 m³/s te genereren. Het geïnstalleerde elektrisch vermogen is 690 MW en de jaarlijkse productie zal rond de 4600 GWh bedragen.
Het project wordt grotendeels uitgevoerd in opdracht van het IJslandse nationale energiebedrijf Landsvirkjun en deels bekostigd door Alcoa, een Amerikaans bedrijf dat een van de grootste producenten van aluminium is. Alcoa gaat het merendeel van de elektriciteit gebruiken voor een aluminiumsmelterij die het uit Amerika wil verplaatsten om kosten te besparen en om de uitstoot van kooldioxide (CO2) te verlagen.
Het bouwproject is het grootste in zijn soort in IJsland. Het is begin 2003 van start gegaan en moet in 2009 gereed zijn. Vijf grote dammen zijn gepland, waarvan de grootste, de Kárahnjúkastífla-dam, 193 meter hoog en 730 meter lang zal zijn. De gletsjerrivieren Jökulsá í Fljótsdal en Jökulsá á Dal, die beide hun oorsprong hebben in de ijskap van het noordoostelijke deel van de Vatnajökull, zullen worden afgesloten. Hierbij ontstaat het 57 km² grote Hálslón-reservoir.
De bouw heeft protesten opgeroepen: ongerept gebied wordt vernietigd en de grondstoffen en eindproducten van de aluminiumproductie moeten worden af- en aangevoerd. Een meerderheid van de IJslandse bevolking lijkt echter voor te zijn. In tegenstelling tot bijvoorbeeld de Drieklovendam, hoeven geen dorpen of steden verplaatst te worden.